3-4 |
uit verdriet, Om: wegens het onaangename van |
4 |
rotsen: geros, gehots (wnt xiii, 1454, deze plaats) |
|
boergebied: boerenland |
5 |
voor: als beloning voor |
6 |
heel styf: algehele verstijving (‘van heel styf te zijn’) |
7 |
uw wyk naamt: ‘de wijk nam’; wegging en uw toevlucht zocht (maar ook in een toespeling op de door de arts bediende stadswijk en op Beverwijk) |
|
in den ringh: binnen de stadsgrenzen |
8 |
Europes wonderdingh: het wonder van Europa (Amsterdam) |
10 |
Naa 't scheen: Zo leek het |
11 |
U onbekent, noch weinigh riep: Nog weinig uw hulp inriep, omdat hij (der sieken nood) nog niet van u wist |
12 |
Zoo: vgl. r. 1 |
|
sach: bemerkte |
|
wan: als |
|
t'uwent: naar u toe |
13 |
uw sieken neef: nl. de zieke Six |
14 |
vlughs: rap (wnt xxi, 2535) |
|
men: ‘er iemand’ (dwz. u, Dilman) |
15 |
welvaart: welvaren, welzijn |
|
alsoo: even |
16 |
Betrachte: Poogde te bevorderen |
17 |
troostelyk: troostrijk, heilzaam |
18 |
wassen: groeien, gedijen |
|
met den Amstelhoep: samen met (evenveel als) de omtrek (de ‘hoepel’) van Amsterdam |
19 |
hoorde: verhoorde |
20 |
In jaaren min dan twee maal dry: Binnen zes jaren |
21 |
Sulks: Zodat |
22 |
Om loopen, waar: Om alle plaatsen, waar ... te belopen |
23 |
gunst: nl. gunstbewijs van u |
24 |
Om uw vermaarde, en drokke kunst: Omdat uw geneeskunst roem heeft verworven en drukte geeft |
25 |
grootheit: faam |
|
kleiner vriend: een niet zo befaamd vriend |
26 |
werd: wordt |
|
voor: voorheen |
27 |
vlyt: zorg |
28 |
Wyl: Nu |
|
Gods roei: de strafroede van God, een ziekte |
30 |
ghe raadt licht, hoe ik meen: u zult wel raden, hoe ik het bedoel. Six bedoelt dat hij, nu hij ziek ligt, Dilman spijtig genoeg moet ‘bidden’ om te komen. Hij maakt een toespeling op de gebeden die een door Gods roei geslagene behoort te bidden. |
|
correctie |
Op p. 226 van de bundel van 1657 staat in r. 27 van dit gedicht meer. In de lijst met Drukfeilen achterin de bundel is dit gewijzigd in weer. |