Chronologisch woordenboek
(2001)–Nicoline van der Sijs– Auteursrechtelijk beschermdDe ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen
[pagina 141]
| |
2.6 ConcluderendHiermee eindigen de Oudnederlandse bronnen. Vanaf de dertiende eeuw, de periode van het Vroegmiddelnederlands, is er een overvloed aan literaire teksten beschikbaar en eveneens een groot aantal ambtelijke teksten, vooral na 1250.Ga naar eind60 Deze kunnen ruimschoots dienen om Nederlandse woorden te dateren. Dat wordt in deze periode ook eenvoudiger, omdat de Nederlandse dialecten zich duidelijker dan voorheen van de Duitse dialecten onderscheiden. Voor de Oudnederlandse periode zijn de bronnen dus spaarzaam - reden dat van iedere bron gebruik gemaakt moet worden, ook van indirecte bronnen, zoals Latijnse of Frankische, en plaatsnamen. Het blijkt dat de indirecte bronnen voor 399 nog bestaande Nederlandse woorden de oudste datering leveren, terwijl 542 woorden het eerst voorkomen in een Nederlandse bron (met name de Wachtendonkse Psalmen en de Leidse Willeram). Met andere woorden: ruim 42% van de oudste woorden zijn gedateerd op bronnen die níét in het Corpus Gysseling staan, en die voor een deel buiten het huidige Nederlandstalige grondgebied gevonden zijn. Daar komt nog bij dat diverse Nederlandse bronnen die wél in het Corpus Gysseling staan, en dan met name de oudste, eveneens zijn geschreven buiten het huidige Nederlandse grondgebied: in het oosten zijn de Wachtendonkse Psalmen geschreven in een gebied waar nu Duits de cultuurtaal is, en in het westen stamt het liefdesversje hebban olla uogala uit Frans-Vlaanderen, waar tegenwoordig Frans gesproken wordt.Ga naar eind61 De woorden die in de Oudnederlandse periode worden genoemd, betreffen vooral het aardrijk, plantenrijk, dierenrijk en de mensenwereld, inclusief menselijk handelen, zoals eten en drinken, handel, werk, sociale omgang en oorlog. De religieuze teksten hebben uiteraard geleid tot allerlei godsdienstige woorden. Er zijn geen woorden die kunst of letterkunde betreffen (behalve de bouwkunst: het bouwen van huizen) of sport. Die terreinen gaan pas later een rol in het leven van de Nederlanders spelen. Verder zijn er heel weinig woorden op het gebied van de ‘wetenschap’ - de gevonden woorden betreffen vooral namen voor hoeveelheden en maten, en medische kwalen. |