Gebruikte symbolen en afkortingen
De verkorte herkomst van de woorden is als volgt aangegeven (voor gedetailleerde informatie zie 1.2.5):
- | inheemse woorden zijn gemarkeerd door een asterisk achter het woord; |
- | bij directe leenwoorden is de taal waaraan is ontleend, toegevoegd na het symbool <; |
- | afgeleiden van leenwoorden zijn herkenbaar aan het feit dat ze noch * noch < hebben; |
- | woorden waarvan de herkomst onbekend is, zijn door <? gemarkeerd; |
- | letter(greep)woorden zijn aangeduid door <l. |
De gebruikte symbolen moeten dus als volgt gelezen worden:
* |
(achter het woord) inheems woord; |
< |
geleend uit; |
<? |
herkomst onbekend; |
<l |
letterwoord of lettergreepwoord, gemaakt in het Nederlands. |
In de hoofdstukken 3 en 4 zijn in de chronologische rijtjes woorden de jaartallen waarvan het tweede cijfer (vóór het jaar 1000 het eerste cijfer) verspringt, telkens typografisch onderscheiden door middel van een horizontaal streepje. Hierdoor wordt het mogelijk in één oogopslag te zien waar een nieuwe eeuw begint, welke woorden en hoeveel er in iedere eeuw voorkomen, en hoe de verhoudingen tussen de woorden in de verschillende eeuwen liggen. Als voorbeeld:
In dit boek zijn de volgende boekafkortingen gebruikt:
ans |
Algemene Nederlandse spraakkunst, onder red. van W. Haeseryn e.a. (1997), 2de druk, Groningen. |
cg |
Gysseling, M. (1977-1987), Corpus van Middelnederlandse teksten (tot en met het jaar 1300). Reeks i: Ambtelijke bescheiden, 9 delen; Reeks ii: Literaire handschriften, 6 delen, ‘s-Gravenhage = Corpus Gysseling. |
ewb |
Veen, P.A.F. van † en Nicoline van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek. De herkomst van onze woorden, Utrecht/Antwerpen, 2de druk. |
gvd |
Van Dale's groot woordenboek der Nederlandse taal (1999), 13de druk. |
mnw |
Middelnederlandsch Woordenboek van E. Verwijs en J. Verdam (1885-1929), ‘s-Gravenhage, 9 delen. Deel 10: Tekstcritiek en bouwstoffen van J. Verdam en Willem de Vreese, 1927-1941, ‘s-Gravenhage. |