Heele goeje remedien, en resepte om te koken te bakken en te confijten
(2017)–J.E. Scott– Auteursrechtelijk beschermd7. De remedien in groepenDat ook geneeskundige recepten deel uitmaken van de verzameling van Jacobus Elias Scott, behoeft geen verbazing te wekken. Sinds de klassieke oudheid hielden artsen zich bezig met voeding en dieetleer, hierbij ondersteund door de humeuren- of temperamentenleer. In het Nederlandse taalgebied hadden vroegmoderne geneesheren als Carolus Battus, Johan van Beverwyck en Stephanus Blankaart veel gepubliceerd over voedingsleer, en in hun voetspoor zijn in gedrukte kookboeken allerlei medische adviezen en geneeskundige recepten opgenomen. Zo bevat De volmaakte Hollandse keuken-meid een hoofdstuk met ‘eenige verkwikkende en hertsterkende dranken’ en ‘veele schoone Huismiddelen’. Ga naar voetnoot+ Ook als zelfstandig genre kenden farmaceutische compendia rond 1700 een lange traditie. Gedrukte en handgeschreven geneeskundige receptenboeken fungeerden al eeuwen als naslagwerken, niet alleen voor professionele beoefenaars van de geneeskunde en apothekers, maar ook voor leken die aan zelfmedicatie deden. Deze bronnen zijn van belang als men wil bestuderen hoe nieuwe medische inzichten in de samenleving verbreid raakten en zich vermengen met traditionele zienswijzen en praktijken. Ga naar voetnoot+ Onder de remediën vallen twee recepten op die op het eerste gezicht eerder culinair van aard zijn:
In de achtiende eeuw zijn recepten voor chocola nog een zeldzaamheid. Het recept van Jacob Elias Scott, dat als ingrediënten cacao, suiker, kaneel en banille (= vanille) vermeldt, vertoont enige overeenkomst met een recept dat wordt aangetroffen in het handgeschreven receptenboekje van de Antwerpse Joanna Teresia Goubau (1710-1781): “om chocola te maken voor hondert pont mouter [= moet er] sijn 80 pont caucau 46 pont suijker 1 pont kaneel een vierendiel sallamonis.” Ga naar voetnoot+ In Goubaus recept zijn de hoeveelheden echter veel groter en wordt er geen vanille genomen, maar sallamon, d.w.z. sal ammoniacum oftewel salmiak. De Antwerpse chocola moet een ietwat zoutige smaak hebben gehad. Dat bij de remediën een recept voor chocola is opgenomen, vormt een aanwijzing dat deze niet alleen werd genuttigd als lekkernij, maar ook vanwege geneeskrachtige eigenschappen. Remedie 174 om kerrie te kooken stemt woordelijk vrijwel overeen met recept 168 om kerrie te maken en is ofwel per ongeluk nog eens bij de remedien beland, of vanwege de geneeskundige ‘hitte’-werking ook aldaar opgenomen. Een eigen groepje vormen huishoudelijke middelen zonder medische toepassing. Naast drie recepten voor schrijfinkt zijn dat een recept voor lijm ‘om gebrooken posselyn [porcelein] te maken’ en een aanwijzing voor het invetten van nieuw paardentuig:
Ook diergeneeskundige recepten maken deel uit van de verzameling. Voor het welzijn van dieren (die ongetwijfeld werden gehouden op landgoed Welgelegen) worden de volgende recepten verstrekt:
Andere recepten zijn minder diervriendelijk. Tegen bleekheid “neemt jonge swaluwe die nogh geen veeren en hebben pulvriseert die en neemt daar dan omtrent een lepel vol van in in warm bier.” (20). Een middeltje voor de ogen luidt: “een duyf de kop afgetrocken, en het bloet soo warm laate druypen in soete melck dan daar van in de oogen gedaan en mede gebet en ook met een dun doeckje daar op geleyt” (55). Ter bestrijding van epileptische aanvallen wordt gebruik gemaakt van “dry harten van jonge Rygers levendig uyt het lyf gesneden.” (40). Net als de recepten staan de remediën in het handschrift in een willekeurig aandoende volgorde. Medicijnen voor zware ziektes als scheurbuik en hondsdolheid staan naast middeltjes tegen hoofdpijn en winterhanden. Daarnaast vinden we huismiddeltjes zonder therapeutische werking, die we tegenwoordig eerder onder drogisterijproducten of kosmetische verzorgingsmiddelen zouden rangschikken. In het onderstaande overzicht staan de recepten zoveel mogelijk naar indicatie geordend, d.w.z. naar de aard van een klacht waarvoor het receptenboek ‘remedie’ geeft. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
1. huidziekten
Twintig van de in totaal 174 middelen zijn ter behandeling van huidaandoeningen. Het gaat om uiteenlopende kwalen als eksterogen (31), aambeien (45, 91, 94, 95), decubitus (51), zweren (48, 90), schurft (108) en roos (153). Daarnaast zijn er ook middeltjes tegen winterhanden (58), huidkloven (33) en droge lippen (39, 60). Remedie 31 pate om de handen te wassen bevat als ingrediënten walschot (spermaceti) en eigeel, vettige substanties die in moderne ogen weinig geschikt zijn om de handen te wassen. In dit recept komt een vroegmoderne opvatting van reinheid naar voren. Voor het reinigen van het lichaam werd geen water en zeep gebruikt; het ideaal was een zachte, glanzende huid, die werd geparfumeerd om de lichaamsgeur te onderdrukken. Ga naar voetnoot+ In remedie 161, die een duidelijke overeenkomst vertoont met nr. 31, wordt daartoe gebruik gemaakt van kamfer. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
2. gebitsverzorging; mond- en tandziekten
Tien recepten zijn bedoeld voor de verzorging van mond en gebit. Weliswaar is scheurbuik (scorbutus) een algemene ziekte, maar deze manifesteert zich vooral in de mond, door een stinkende adem, losrakende tanden en een blauwe of zwarte verkleuring van het tandvlees (blauwschuit, zie 87, 101, 147, 150. 166). In remedie 30 voor tandpeyn en sinckingen manifesteert zich de aloude humores-leer. Volgens de medische opvatting van die tijd werd kiespijn veroorzaakt door ‘eenige insinckinge van koude humeuren in hare wortelen’ Ga naar voetnoot+Om het door de koude vochten verstoorde evenwicht te herstellen werd er dan ook gewerkt met warmte: barnsteen en lavendel werden in een klein koolvuurtje verbrand; de damp werd via een trechter in het oor geleid, dat met een stukje wol werd afgesloten. Vervolgens doet men een warme doek op het hoofd, en neemt men in de mond warm gemaakte brandewijn met zout. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
3. koorts
Koorts werd niet als een heilzaam symptoom beschouwd, maar als een afzonderlijke ziekte, die diende te worden bestreden. Er werden verschillende soorten koorts onderscheiden, zoals de inwendige koorts (16) en de derdedaagse koorts (81), waarmee malaria is bedoeld, die rond 1700 in onze contreinen nog een endemische ziekte was. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
4. oogaandoeningen
Van de acht oogheelkundige middelen zijn er vier tegen ontstoken ogen. Remedie 74 is een middel met een verhaal: tijdens het concilie te Ferrara in 1438 zou de keizer van Constantinopel persoonlijk baat hebben gehad bij dit ‘wonderlyck water’, dat hem was voorgeschreven door een vergadering van de ‘voornaamste en geleerste medicyns van italien’. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
5. KNO-ziekten
Van de tien middelen zijn er zeven bedoeld ter behandeling van aandoeningen van de ademhalingswegen (17, 25, 32, 36, 97, 144, 163). In de meeste gevallen gaat het om drankjes tegen hoest en heesheid. Bij recept 36 voor een quade keel moet de patient ‘onder een laken sitten met het aangesight boven de geoopende pot om de waassem te ontfangen’. Afwijkend is ook de behandelingswijze bij remedie 144 voor een quade of sweerende keel: “vyf a ses slecken tussen doeckjes gelegt en soo buyten tegens de keel gedaan de slacken sullen smelten en in korten een groote verlighting geven”. Ook dit middel staat in de traditie van de leer der humores: de koude slakken dienden om de te warme keel af te koelen. Bij de drie middelen tegen doofheid wordt daarentegen met warmte gewerkt, of het nu gaat om warme olie gemaakt van een paling die samen met diverse kruiden in een pot is verhit (70), om damp van verhitte olijfolie die in het oor wordt geleid (72) of om een wittebrood vers uit de oven dat met brandewijn op het oor wordt gelegd tot het is afgekoeld (73). | |||||||||||||||||||||||||||||||||
6. borstkwalen
Genoemd worden de ziektes pleuris (pleuritis) en tering (tuberculose). Bij algemene benamingen als long sieckte en quade of benaude borst is het moeilijker een diagnose aan de klacht te verbinden. In tegenstelling tot de middelen voor inwendig gebruik (41, 89, 131) waren de pleisters (2, 148, 155) voor uitwendig gebruik bedoeld. Tegenwoordig zouden we eerder spreken van een zalf (die met papier of een doekje werd toegediend). Bij remedie 76 Recept voor pleuris wordt “henghste dreck in een pop Ga naar voetnoot+ gedaan op een kan ouwe Rinse weyn en wat laate staan trecken en't nat gebruyckt”. Dit middel staat evenals remedie nr. 88 in de traditie van de zgn. drekapotheek, waarin menselijke en dierlijke excrementen werden gebruikt voor medische toepassingen. De benaming gaat terug op het populaire geschrift Die Heylsame Dreckapotheke (1696) van de Duitse arts en geleerde Christian Franz Paullini. In Nederland raakte deze geneeskundige werkwijze o.m. bekend door de Chirurgyns Scheepskist van Johannes Verbrugge, waaraan een farmaceutische verhandeling was toegevoegd over de ‘Drecken, en andere verachtelijcke dingen meer, nochtans yder een seer dienstigh’. Ga naar voetnoot+ | |||||||||||||||||||||||||||||||||
7. maag-darm-leverziekten
Maar liefst veertien van de zeventien recepten van deze groep zijn gewijd aan maag- en darmklachten. Naast maagklachten (10, 38, 160, 164, 173) vormde ook de rode loop een ersntig probleem (66, 107, 157, 158, 165). Bloedige ontlasting is een symptoom van dysenterie. Hiervoor werd middel 165 Clisteer voor de rode loop via de endeldarm toegediend. In de drie recepten tegen geelzucht (gelue, 138, 139, 151) worden stinkende gouwe, saffraan, paardebloemen en sinaasappelen aangetroffen. Met hun gele kleur passen deze ingrediënten bij de traditionele simile-magie oftewel signaturenleer, waarin geneeskundige werking werd toegeschreven aan overeenkomsten tussen middel en kwaal. | |||||||||||||||||||||||||||||||||
8. blaasziekten
Stenen in de urinewegen vormden in de vroegmoderne tijd een belangrijk gezondheidsprobleem. Hiervan leggen ook de negen recepten ter behandeling van graveel (12, 49, 80, 83, 116, 132, 141, 142, 143, 145) getuigenis af. Het aan Johannes van Beverwyck toegeschreven ‘vermaarde recept tegens het graveel’ wordt overigens in diens werken niet aangetroffen. Ga naar voetnoot+ | |||||||||||||||||||||||||||||||||
9. overige ziekten
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
10. bewegingsorganen
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
11. wonden, zwellingen, zweren
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
12. pijnstillers
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
13. zwangerschap en bevalling
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
14. kindergeneeskunde
| |||||||||||||||||||||||||||||||||
15. psychische aandoeningen86. Hardt sterkend en vervrolikent Elixer | |||||||||||||||||||||||||||||||||
16. panaceeën en middelen zonder bijzondere indicatie
|
|