De Kerk. Deel 2 (Verzamelde werken afdeling III)
(1962)–K. Schilder– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 275]
| |
Ook de ‘oecumenische’ beweging moet met de ‘politieke’ situatie zich concreet inlatenGa naar voetnoot*)In de ‘N.R. Ct’ van 18 april 1936 schrijft Dr J.H. Oldham over een artikel van den Oberkirchenrat Dr Fr. W. Krummacher in het Februari-nummer van de ‘Wartburg’. Daar wordt gezegd: ‘Met de Stockholmbeweging verrijst echter ook het vraagstuk van de politieke werkelijkheid en van haar betrekking tot de evangelieprediking. Niemand, die een oecumenisch gesprek voert, kan voorbij zien, dat de verschillende christelijke kerken, die zich hier ontmoeten, in hare volken in geheel verschillende realiteiten staan. Wanneer de vraag naar een “politieke” theologie en naar een theologisch begrijpen van de goddelijke orderingen van volk en volkswezen ons heden opnieuw gesteld wordt, zo mag men daarbij niet vergeten, dat de relatie van kerk en volk in andere kerken tegenwoordig minder actueel doch daartegenover als gegrond in een eeuwenlange geschiedenis des te vanzelfsprekender als politische realiteit aanwezig is...Wij vragen veelmeer aan de oecumenische beweging en aan ons zelf, of de politieke werkelijkheid en de politieke begripsvorming van de kerk niet veel dieper gezien moet worden dan tot nu toe. Geen enkele kerk kan zich abstraheren van de politieke werkelijkheid van haar volk. Waar men dat toch wil doen komt men als van zelf tot theologisch getinte algemene oordelen, die op de politieke werkelijkheid van geen toepassing zijn’. Inderdaad, de kerk kan nèrgens zich buiten de politieke zaken houden, wijl ze de diepste beginselen raken. Het is maar de vraag, of zij in dezen profeteren wil, en de sleutelmacht durft bedienen. Durft, - wijl ze móet. |
|