De Kerk. Deel 2 (Verzamelde werken afdeling III)
(1962)–K. Schilder– Auteursrechtelijk beschermdK. Schilder, De Kerk. Deel 2 (Verzamelde werken afdeling III) (ed. J. Kamphuis). Oosterbaan & Le Cointre N.V., Goes 1962
-
gebruikt exemplaar
exemplaar Theologische Universiteit van de Gereformeerde Kerken in Nederland te Kampen, signatuur: 6 B 8
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van De Kerk. Deel 2 (Verzamelde werken afdeling III) van K. Schilder in de editie van prof. J. Kamphuis uit 1962. De driedelige serie De Kerk omvat de verspreide publicaties van K. Schilder over de Kerk.
redactionele ingrepen
p. 1: de kop ‘De dogmatische betekenis der ‘Afscheiding’’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
p. 41-70, 293, 306-307: de eindnoten op deze pagina's zijn in de lopende tekst doorgevoerd. Betreffende pagina's zijn daardoor komen te vervallen.
p. 258, in de noot: ‘1938’ → ‘1935’: ‘De Ref., 1 nov. 1935, 16e jrg. no. 5, bl. 35 (Kerkelijk Leven).’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (p. 442 en 446) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina 1]
k. schilder
DE KERK
II
[pagina 2]
K. SCHILDER
OOSTERBAAN & LE COINTRE N.V.
GOES - 1962
[pagina 3]
K. SCHILDER
VERZAMELDE WERKEN
DE KERK
REDACTIE:
L. DOEKES - P.A.C. SCHILDER
C. VEENHOF - W.G. DE VRIES
AFDELING III
DE KERK - DEEL II
DIT DEEL WERD BEWERKT DOOR PROF. J. KAMPHUIS
[pagina 443]
INHOUD
De Dogmatische betekenis der ‘Afscheiding’ ook voor onze tijd | 5 |
Beginsel, recht en betekenis der Afscheiding | 77 |
Vragen inzake de kerk | 124 |
Nog eens: vragen inzake de kerk | 127 |
‘De hele kudde nog eens naar buiten’, o confessionelen! | 128 |
‘In de crisis’ | 131 |
Dr. P.J. Kromsigt over ‘een vergeten citaat van Calvijn’ | 134 |
Citaten van Dr. Hoedemaker - ‘De toepassing’ daarop volgens de leiding der confessionelen | 137 |
Een vergeten citaat van Brakel | 140 |
Tot ‘Entscheidung’ brengen | 142 |
‘Dolerende opmerkingen’ | 142 |
‘Dolerende opmerkingen’ (II) | 145 |
‘Dolerende opmerkingen’ (slot) | 147 |
Waar is de scheldbrief? | 150 |
Fantasieën | 151 |
‘Ons aller Moeder’ anno Domini 1935 - Een ‘roepstem’ beantwoord | 153 |
Aäron en de Egyptenaren | 238 |
De ambtsgedachte voorop gesteld | 242 |
Stellingen inzake de Kerk | 245 |
Gereformeerde ‘Belijdenis’ of Gereformeerde ‘Kerk’ of Gereformeerde ‘Gezindte’ | 250 |
Vraagbeantwoording over de Kerk | 252 |
Zuiverhouding van het ras | 254 |
Evangelisatie moet naar de kerk brengen. ‘Dag, meneer Juda’ | 255 |
Kerk of koninkrijk der hemelen | 258 |
Zuiverheid of wettigheid? | 259 |
Wereld-Gebedsweek | 263 |
‘Oecumenisch’ en wat het waard is | 266 |
Dr. A. Kuyper in Doleantietijd: IJzer tegen leem | 267 |
[pagina 444]
Wat de ‘Calvinisten van 1886’ met Calvijn gedaan hebben? Ze hebben het ‘zó’ niet in den donker gelaten | 274 |
Ook de ‘oecumenische beweging moet met de ‘politieke’ situatie zich concreet inlaten | 275 |
‘Onze kathedralen’ | 275 |
Tegen de leiding van den Heiligen Geest? I | 276 |
Tegen de leiding van den Heiligen Geest? II | 280 |
Tegen de leiding van den Heiligen Geest? III Slot | 282 |
‘De Heraut’ inzake doop en ‘pluriformiteit der kerk’ I | 285 |
‘De Heraut’ inzake doop en ‘pluriformiteit der kerk’ II | 294 |
‘De Heraut’ inzake doop en ‘pluriformiteit der kerk’ III | 301 |
‘De Heraut’ inzake doop en ‘pluriformiteit der kerk’ IV | 308 |
‘De Heraut’ inzake doop en ‘pluriformiteit der kerk’ V | 315 |
‘De Heraut’ inzake doop en ‘pluriformiteit der kerk’ VI | 318 |
Prof. Grosheide vroeger over de pluriformiteit der kerk | 322 |
Aanwezige deformatie. Kénmerken, die geen kenmerken zijn | 325 |
Recht en plicht van symboolvorming I | 327 |
Recht en plicht van symboolvorming II | 329 |
Recht en plicht van symboolvorming III | 333 |
Recht en plicht van symboolvorming IV | 366 |
Recht en plicht van symboolvorming. Slot | 338 |
Afvaardiging | 340 |
‘Spotten’ | 342 |
‘Creatio’ en ‘Creatura’ | 343 |
Woordgemeenschap, meer dan zielscontact | 350 |
De Chr. Gereformeerden en de eenheidsvraag | 352 |
Dr. H.H. Kuyper's titelatuur uit 1894 inzake ware en scheurkerk | 355 |
Dr. Kuyper over het Calvinisme | 358 |
Doopserkenning geen erkenning der ambten | 376 |
Iets over de Gemeenschap der Heiligen | 377 |
‘Inwendig’ en ‘uitwendig’ | 391 |
‘Oecumenisch’ | 391 |
Een professor bij de meisjes tegen een dominee | 392 |
De pluriformiteit en de synode van 1920 | 395 |
Onevenredige houding | 397 |
‘Geref. Jongelingsblad’ en pluriformiteit | 399 |
Pluriformiteit, ds. Feenstra en ds. D. Sikkel | 402 |
De meisjes en de jongelingen | 404 |
[pagina 445]
‘Geref. Jongelingsblad’ | 405 |
Over ‘zijn’ of ‘worden’ der kerk | 409 |
‘Geref. Jongelingsblad’ | 416 |
‘Geref. Jongelingsblad’ | 419 |
‘Geref. Jongelingsblad’ | 421 |
Pluriformiteit of pluraliteit | 424 |
De pluriformiteit en onze synodes (I) | 425 |
De pluriformiteit en onze synodes (II) | 429 |
De pluriformiteit en onze synodes (III) | 433 |
De pluriformiteit en onze synodes (IV) | 435 |
De pluriformiteit en onze synodes (V) | 438 |
De Chr. Geref. Kerk en de pluriformiteit | 440 |