De Kerk. Deel 2 (Verzamelde werken afdeling III)

Zuiverhouding van het ras^*)

In ‘Omhoog’, Vrijzinnig-godsdienstig orgaan, komt in de rubriek ‘Rarekiek’ het volgende voor:

Het tweede beeld: het is ± 450 vóór Christus. Ezra, de hogepriester der Joden, beveelt, dat de gemengde huwelijken ontbonden moeten worden en de niet-Joodse vrouwen verdreven (zie Ezra IX en X). Dit moest geschieden terwille van de zuiverheid van het Joodse ras. Uitverkoren is het Jodendom, alles wat niet-Joods is, komt in de zoveelste plaats - Het is 1935 na Christus. Adolf Hitler, dictator van het Duitse Rijk beveelt dat huwelijken tussen ‘Ariërs’ en hen, die joods bloed in de aderen hebben, verboden zijn. Dit moet geschieden terwille van de zuiverheid van het ‘arische’ ras. Uitverkoren zijn de ‘Ariërs’, alles wat niet ‘arisch’ is, komt in de zoveelste plaats. - Deze bijna gelijkluidende zinnen behoeven geen toelichting. Ik kan er alleen maar op laten volgen, dat ik vroeger, lang geleden, op de Zondagsschool een versje geleerd heb, dat u ook wel kent. Het begint met de woorden: Kind'ren van één Vader, reikt elkaar de hand. En het eindigt: Kind'ren van één Vader zijn wij allemaal. Ja, allemaal.

M.i. vergeet de schrijver, dat het bij Ezra niet ging om zuiverhouding van het ‘bloed’, doch om bewaring van den ‘geest’. Het Israëlitische volk heeft zich onder Ezra niet als ‘volk’, niet als ‘bloedgemeenschap’, doch als kérk willen zuiver houden. Daarom past de parallel in het minst niet, omdat de zuiverhouding van de kèrk den bloed-

*) De Ref., 18 okt. 1935, 16e jrg. no. 3, bl. 23 (Persschouw).

[p. 255]

band aan de gemeenschap van Woord en Geest ondergeschikt maakt, terwijl wat vandaag onder de ‘Ariërs’ gebeurt, niet verder komt dan ‘bloed’ en ‘bodem’.