De Kerk. Deel 1 (Verzamelde werken afdeling III)
(1960)–K. Schilder– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 301]
| |
De stem van Apeldoorn, tegenover die van Ds Janssen.Ga naar voetnoot*)Wij citeerden wat Ds H. Janssen, Chr. Geref. veldprediker, geschreven had inzake mogelijke samenwoning van Gereformeerden en Christelijk Gereformeerden in één kerkelijk instituut, overeenkomstig Gods gebod. Ds Janssen had - onze lezers weten het nog wel - opgemerkt, dat z.i. de beweerde leergeschillen voor hem van secundair belang waren; en in de Geref. pers vond ik zeer veel uitingen van blijdschap over dit nuttige, en voor zijn kring hoognodige woord. We merkten tevens op, dat Ds Janssen hiermee feitelijk inging tegen de door ‘De Wekker’ gegeven leiding. Dat wij hierin goed zagen, bevestigt weer ‘De Wekker’ zelf. Eén der redacteuren, S. te A., schrijft - en het is het laatste nummer van het jaar. Ja, wij als kerk der scheiding moeten staan voor de heilige beginselen der scheiding, maar dan altijd wel bedenken, dat dogmatische beginselen geen afgetrokken begrippen zijn om over te debatteren, maar levende beginselen uit een levende waarheid. Dan zullen wij verstaan, dat deze zo diep ingrijpende heiligheden niet van secundaire betekenis zijn, maar dat het bestaan der Christelijke Gereformeerde Kerk hierin ten nauwste is betrokken. Er zijn leergeschillen die ook zielsgeschillen blijken te zijn, geestesgeschillen, waarom wij als kerk voor een eigen plaats opkomen. Het is wel fraai: de Kerk baseren op een geestesgeschil. Als dat hier màg, dàn mag het natuurlijk overal. De consequentie? Wel, die is natuurlijk het puurste sectarisme. Overigens tekent dit citaat wat we van deze zijde te wachten hebben. Eerst zijn er leergeschillen. En als dat afgehandeld is, zijn we nog niet klaar; dan moeten we maar weer eens praten over de zielsverschillen. En dan kan men morgen weer aan komen dragen met Barnabas en Paulus - alsof die een eigen Kerk gemaakt hadden om hun ‘zielsverschil’...... Overigens lette men op de veelheid der woorden hier in het ‘Wekker’-citaat: Beginselen der scheiding. Dogmatische beginselen. Begrippen. Afgetrokken begrippen, nochtans komende in debat. Levende beginselen. Beginselen uit een waarheid. Levende waarheid, ver van debatten. Heiligheden, die ingrijpen, en nochtans niet ingrijpen op de mogelijkheden van het debat. Een Kerk, die opkomt - blijkbaar zonder debat - voor een eigen plaats vanwege zielsge- | |
[pagina 302]
| |
schiedenissen (van individuen?). Zielsgeschiedenissen, die, en dan nog wel zonder debat, tot leergeschillen leiden. Zielsgeschillen, identiek met geestesverschillen. Zo draait men aan het wiel der kerkhistorie. Een ander redacteur van hetzelfde orgaan (d. B.) schrijft: Zegene de Heere al onze lezers in 1934, het eeuwjaar der Afscheiding, met Zijn gunst en genade en beware de Koning der Kerk Zijn overblijfsel, dat in 1892 aan de waarheid en ons beginsel trouw bleef, voor afwijken van de paden der Vaderen. Ook dat geeft te denken. |
|