trekken met het bootje; dan had je weer iets concreets te doen en was je aandacht in beslag genomen. Kluizenaar worden, dat leer je heel langzaam, en zolang je jong bent kun je dat niet; althans zo ging het mij. Ik heb altijd de mensen gezocht, maar zij zochten mij niet, tenminste, verreweg de meerderheid van de mensen deden dat niet. Een hele grote meerderheid; ik kan wel zeggen 100%.
Pothof heeft voor mij altijd een soort zwak gehad; waarom weet ik niet. Hij is in Sungei Gerong gekomen als eerste stuurman, en ik was toen derde stuurman op hetzelfde schip. We hadden meteen ruzie en dat bleef zo. Hij keek me teveel op mijn vingers, vond ik. Tot mijn verbazing merkte ik later dat hij me opzocht en probeerde een boom op te zetten in de soos, wanneer de gelegenheid zich voordeed. Ik vond dat erg prettig en probeerde of ik misschien bij hem thuis ook welkom was (dat wist je immers nooit van tevoren. Een praatje in de soos was goed en wel, maar als je dan dacht: kom, ik ga een kop koffie halen bij zijn vrouw, wanneer je 's morgens binnen was met het schip, dan was dat soms helemaal nièt goed), en wel, bij de Pothoven was het meteen goed. Zodat ik kwam en bleef komen. Ook later, in Singapore. Wanneer ik binnen was met het schip, in Singapore, en er was tijd genoeg, dan kon ik erop rekenen dat de Pothoven bij de poort stonden met hun auto, en dat we naar hun ‘club’ gingen, waar je kon zwemmen, eten en zomeer. Engels-georiënteerde clubs zijn heerlijk. Afgezonderd van de rest van de wereld, van de ‘niet-leden’ (en dat zijn verreweg de meesten) weten de Engelsen altijd een prachtig plekje te vinden, waar ze bomen planten, een zwembad aanleggen, een restaurant en een hotel bouwen. En ze doen dat zo, dat je van buitenaf eigenlijk niets ziet dan wat groen. Iemand die naar binnen wil, moet zich degelijk kunnen legitimeren. Ik kon ook alleen naar binnen, want ik had altijd een deugdelijke introductie van Pothof. Tijdens de dokkingen bracht ik soms hele dagen en avonden in die club door. Het bestuur had wel eens last met de Maleiers en de Chinezen van Singapore, want die zeiden dat Singapore een democratische stad was, en dat die Engelse enclave ‘discrimineerde’ tegen mensen