Wordingen. Een cyclus van liefde en vertrouwen(1949)–Henriette Roland Holst-van der Schalk– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 216] [p. 216] IX O vreugd, dat op de krachten van den dood uw heilge krachten weer winnen, leven, we worden door den vloed weer opgeheven en heengedragen tot waar in haar schoot een zee ons opneemt. Ver teruggedreven werden we; de moerassen kwamen bloot van slijm'rige degeneratie; nood vulde onzen dag, en door de nachten bleven onze oogen starende... Uit alle hoeken grijnsde de vale zorg ons aan. D' ochtend vond ons gebroken: waartoe zich verkloeken als alle uren zijn een leeg bestaan? Maar nu vaart elke morge' ons leven binnen vol lading en een stoomfluit gilt ‘beginnen.’ Vorige Volgende