Wordingen. Een cyclus van liefde en vertrouwen(1949)–Henriette Roland Holst-van der Schalk– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 158] [p. 158] IX Wij dobbren zoo... wij weifelen... wij hopen dat het geloof in ons geboren wordt. Soms gaat een gave bloesem even open van stilheid, maar is, eens ontplooid, verdord. Wij pijnen ons af... Of w' enkel gelooven, omdat we te zwak zijn voor 't ongeloof? Geloof is een bezit, dat niets kan rooven: wat wij zoo noemen, biedt zich aan voor roof. Hoe kan God zich in ons manifesteeren zoolang ons doen indruischt tegen zijn Wet, en Oneind'ge Liefde ons hart regeeren wanneer zelfzucht den toegang haar belet? Wij vervallen in d' oude fout altijd, 't geloof te binde' aan dorre omschrijvingen in plaats van te stemmen ons fluisterzingen op den toon der Godlijke Barmhartigheid. Vorige Volgende