Sonnetten en verzen in terzinen geschreven(1983)–Henriette Roland Holst-van der Schalk– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 45] [p. 45] Over het leven van de sereenen. Ik wilde, dat woorden als handen waren en ik ze kon vouwen om aan te duiden de vereering die in mijn hart gaat luiden nu ik wil zegge' en liefdevol verklaren 't lachend-gelijke minnelijk gebaren van wie als 't mooiste, en mooglijke, ons beduiden; hoe, vèr van felheid, hoog bove' onbeduiden te leve', als door een effe lichtzee varen. Verwinnend straalt van die 't zachte gelaat, hun stem heeft zonder weten de bewogen deining, die zekerst naar het hart toegaat; en hunne handen, waarin streeling woont, strijken koelte over moede hoofde' en oogen met een gebaar dat voor veel liefs beloont. Vorige Volgende