Gedichten. Deel 1(1930)–Albrecht Rodenbach– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 14] [p. 14] Op het slagveld. Door de kruitwolk en des slagvelds gruwlen, zoekend stapt de Non waar hulp en troost biên. Bloedig stort alom de krijgsman neder. Lijk een engel komt zij toegevlogen, knielt, verzorgt hem, biddend of met zoete woorden hem vertroostend, helpt hem sterven... Ginter verre dondren de kanonnen, spuigend. - Stervend stort de maged neder. - Ruiters stormen henen, lijken traplend. - Meer dan eenen name zal men roemen, meer dan eenen held, na 't bloedig kampen; U niet, Vrouwe, grooter dan de krijgsheld! Och, 't is waar, wie kent uw name, Nonne, en of gij eens armen werkmans kind waart of der ridders die ter kruisvaart togen? 1875. Vorige Volgende