tie of voegwoordconstructie als kern, voorzetselconstructie, voegwoordconstructie, deelwoordconstructie, infiniefconstructie, constructie met te + infinitief of persoonsvormconstructie. Daarmee is echter over de bouw van de elliptische zin nog niets gezegd.
Omdat die echter pas beoordeeld kan worden, wanneer we de elliptische zin uitbreiden tot een persoonsvormconstructie, volstaan we met het geven van voorbeelden. Tussen haakjes geven we een mogelijke uitbreiding.
Aardige lui (zijn) onze nieuwe buren; Nader commentaar (is) overbodig; En daarmee (gaan) ook grote risico's (gepaard); Dat wel! (Dat is natuurlijk wél zo!; Dat deed ie wel!); Spanningen (zijn er) genoeg op de Franse markt; Spanningen (zijn er) ook in Duitsland; (Maar) dan (zijn 't) ook wel hele goeie!; Alvorens daarover nader te spreken (volgt hier) nu eerst de bezetting van de band; Beter laat dan nooit (Het is beter laat iets te doen dan nooit; vgl. het geheel anders gebouwde beter vakman dan Karel = een in vergelijking met Karel beter vakman); Beter hard geblazen dan de mond gebrand (Het is beter hard geblazen dan de mond gebrand); Zo gezegd, zo (werd) gedaan; Zo (gebeurde) ook nu weer; Goedkoop (is) duurkoop; Oost west, thuis best (wat men ook neemt, oost of west, thuis is het toch het best); Hoe ouder (men is), hoe gekker (men wordt); krantekoppen als: Feyenoord (is) in blakende conditie; Graafschap (speelt) tegen Xerxes om (de) beker; Vermoedelijk (komen er) tien nieuwe Statenleden.
opmerking. Zinnen die wel als een van de bovengenoemde woordgroepen kunnen worden beschreven noemen we dus niet elliptisch: Liefst in het bijzijn van zijn eigen vader moet beoordeeld worden als een voorzetselconstructie indien liefst een vrije bepaling is; En niet alleen omdat hij niet wou is een voegwoordconstructie met als tweede lid een voegwoordconstructie voorafgegaan door een vrije bepaling. En daarmee basta! is ook een voegwoordconstructie, maar het tweede lid daarvan is een elliptische zin. Met als gevolg dat hij niet mee deed is een voorzetselconstructie met als tweede lid een woordgroep waarin als gevolg een predikatieve toevoeging is bij de voegwoordconstructie met dat.