van volgorde toe: in der minne, bij monde van, uit hoofde van, naar gelang van, (een) sta-in-de-weg, (een) kruidje-roer-me-niet, bruine bonen, (een slag) van-heb-ik-jou-daar, (een) wat-kan-'t-me-schelen (gezicht), (de) laag-bij-de-grond-blijvenden (robbers), (een grappenmaker) van-mot-je-nog-ver (van deyssel), van streek (zijn), heinde en verre, op de loop (gaan). Dergelijke woordgroepen hebben door hun onvrijheid woordkarakter gekregen. Men noemt ze ook wel samenstellingen door syntactische isolering. Grensgevallen zijn pijl en boog, jaar en dag e.d. Bij kop en schotel is het woordkarakter duidelijk door het meervoud: twee kop en schotels.
opmerking. Het Nederlands bevat veel woorden die eenmaal op eenzelfde wijze door syntactische isolering ontstaan zijn, zonder dat we ons daarvan nu nog rekenschap geven: achterwege, achterbaks, terstond, inderdaad, nimmer (uit ne-ie-meer = niet-ooit-meer), maar (uit ne ware), indertijd, uiteraard, bijgevolg, nadat, indien, asjeblief, vandaag, uitentreuren, opentop, misschien (uit mag schien = 't kan gebeuren), tenzij (uit 't en zij = of het moest zijn), terwijl, niemendal (uit niet met al) enz.
§ 52. Keren we nog even terug naar het zinnetje Dat noem ik verdraaiing van de waarheid. We hebben daarin zeven woorden onderscheiden. Op twee na zijn ze enkelvoudig of monomorfematisch, d.w.z. binnen dat, noem, ik, van, de kunnen we geen delen onderscheiden die een eigen betekenis hebben (zie voor de betekenis hoofdstuk V). Maar de drie delen van ver-draai-ing en de twee van waar-heid hebben wel betekenis-eigenaardigheden. Vaak worden delen van woorden met een eigen niet-lexicale betekenis, d.w.z. een zodanige betekenis dat we er ons niets in de buiten-talige realiteit bij kunnen voorstellen (elementen dus als ver-, -ing en -heid) morfemen genoemd. Delen die wel een lexicale betekenis hebben, -draai- en waar-, en delen van enkelvoudige woorden, dat, noem, ik, van, de, noemt men dan semantemen. Op grond van de moeilijkheid van die buiten-talige realiteit verdient het echter de voorkeur de term morfeem te gebruiken voor ieder deel van enkelvoudige of niet-enkelvoudige woorden dat een eigen betekenis heeft.
opmerking. Een morfeem kan natuurlijk evengoed uit één foneem bestaan als een woord slechts één morfeem kan bevatten. Een voorbeeld is het voornaamwoord u. Morfologisch, d.w.z. beoordeeld naar de morfemen, is het woord u enkelvoudig en fonologisch, d.w.z. beoordeeld naar de fonemen, is het morfeem u enkelvoudig. Anderzijds kan een morfeem meerlettergrepig zijn: misschien, inmiddels.