Daghregister. Deel 1. 1651-1655
(1952)–Jan van Riebeeck– Auteursrecht onbekendSeptember anno 1653Adij, primo dito, fray weer ende wint als gister. Idem den 2en ende 3e dito, als wanneer opnieuws weder eenige Saldanhars aenquamen met 1 os, 2 koeyen ende 2 kalven, die haer vrij civil afhandelden ende gaven deselve te kennen dat, met hare huysen ende vee, maer 4 à 5 mijlen van hier ende voornemens waren in corten dagen bij ons te verschijnen met menighte vee ende oliphantstanden, daer hun met goede tractementen toe animeerden, etc. 4en dito, weer ende wint als vooren. Idem den 5en dito. Ende gaven d' opperhoofden van 't fluytschip den C. Davidt haer affscheyt, met onse missiven ende anexe pampierenGa naar eind(a) aen d' Ed. Heeren Generael ende Raden van India, etc., maer costen desen avont, vermits de wint westelijck liep, niet onder seyl geraecken. 6en dito, 's morgens schoon, helder weer ende 't luchjen uytten N.Westen. Edoch op den dach weer suyelijck lopende, is voorss. fluyt onder seyl gegaen, maer de bay niet cunnen uytraecken, blijvende aen d' oversijde noch ten ancker leggen. Sondagh, den 7en dito, weer ende wint als vooren, wat variabel. Is den verledenGa naar margenoot+ nacht gemelte schip uytgeraeckt. Godt de Heer wil het met gesondt volck behouden laten overcomen. Amen. 8en dito, cout, guyr, regenachtigh weer ende windrich uytten N.Westen, waerdoor weynich ofte geen werck coste gevordert worden. Insgelijcx den | |
[pagina 155]
| |
9en, 10en ende 11en dito, als wanneer een jongen genaempt Jan Aertss. van JaersveltGa naar eind(b) overleden is. 12en dito, weer als voren, edoch begondt 's avonts den regen op te houden ende seer hard uytten Z.Oosten te waeyen, wordende den 13en dito, 's morgens heel schoon, helder ende stil sonneschijn-weer. Ende waren met alle man wacker besich aen 't prepareren van de thuynen, om tegen de retourvlote wat veel vruchten op voorraet te hebben, sijnde jegenwoordigh genouch in den ouden thuyn voor de uytcomende schepen, ende moetenGa naar voetnoot1. de salade aen 't volck alle weeckeGa naar voetnoot2. uytgedeelt worden, behalven die aen de schepen seer overvloedich gegeven is, om uytten goeden teGa naar voetnoot3. oirboorenGa naar voetnoot4., ende dat meest de schoonste kroppen van de werelt, doorgaens van 1 tot 1½ lb. swaer vallende, van saat verleden jaer hier gewonnen. Sondagh, den 14en dito, fray weer ende wint uytt de westelijcker handt labber coelende. Is des namiddaghs 't galjot de Rode Vos van 't Robben-eylandt geretourneert met een ladinge schelpen tot de te maecken calckoven, dieGa naar voetnoot5. den 15en dito, stil weder ende betogen lucht sijnde, begost aen landt te brengen, ende rapporteerde de schipper dat de 6 schapen op 't Robben-eylandt voor dato geseth al tot 9 stucx waren aengeteelt ende 1 doot hadden vinden leggen. Soo hadden mede de dassen oock noch vernomen, die (in February laestleden van 't Dasseneylandt gebracht) daerop geset hadden, soodat te hopen is van 't Robben-eylandt mettertijt een goede schaepsweyde te maecken sal wesen. 16en dito, weer ende wint als gister. 17en dito, mooy sonneschijn-weer ende windt variabel. Idem den 18en ende 19en dito, drooch, windrich ende hard, buyich weer uytten Z.Oosten.Ga naar margenoot+ Begonden 't hout tot de calckoven op te stapelen, dat met dit cromme Caepse hout soo heel fatsoenlick niet wil vallen. Echter hopen der evenwel calck van te crijgen, soo best cunnenGa naar voetnoot6.. 20en dito, schoon, helder sonneschijn-weer, 't luchjen Z.West. 21 dito, doncker, mistich weer met dicke stofregen, fray te passe comende op de wortelen, rapen ende cool deese weecke in de nieuwen ende ouden thuyn gesaeydt ende geplandt. 22 dito, guyr, cout, windrich weer uytten Z.Oosten. 23 dito, heel warm weer, 't luchjen variabel, maer tegen den avondt vrij hardt Z.Z.Oost. 24 dito, stil, warm sonneschijn-weer. Insgelijcx den | |
[pagina 156]
| |
25 dito. 26en dito, stil weer met betrocken lucht ende stofregen. 27 dito, noch al regenachtich weer. Ende niet anders gepasseert als dat dagelijcx vele walvissen haer in de bay hebben onthouden, ende wij doende sijn geweest met sayen ende planten, daer de rechte tijt nu principaelGa naar voetnoot1. toe aencompt. Sondagh, den 28en dito, redelijck weer ende westelijcke wint met regen. Idem den 29en ende 30en dito. |
|