Dagelyckse huys-catechisatie(1700)–Franciscus Ridderus– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Morgen-gesang op de negenentwintigste Dag van de Maent. Stemme: Psalm 116. Ik heb den Heer lief, &c. 1. GOds volk heeft tot sijn dienst een vaste tijd: Selfs Adam kreeg den last van seven dagen: Dees Sabbath ook de Patriarchen sagen, En 't werk moest doe van Joden zijn vermijd. 2. Gods Wet steld vast, dat 't sevende gedeelt Van onse tijd ten Gods-dienst zy gegeven, [pagina 172] [p. 172] 't Leid ook tot last van ons die nu nog leven, Hoewel dit meenig Christen seer verveelt. 3. De strenge rust op straf selfs van de dood, Het dubbelen van hare Offerschapen: Ook 't afbeeld van ons Heeren stille slapen In 't graf was doemaels eygen aen de Jood. 4. Maer Tempelgang, de Psalmen, en 't Gebed, Het Prediken, de Aelmis, en het lesen Van de Schriftuer, zijn nu nog als voor desen, Voor Christenen een vaste Sabbaths-wet. 5. Soo moet de markt, de hal, de straet, het velt, Het huysgesin en ook de winkel rusten, Op dat wy ons in God mogen verlusten: Het noodige alleen is vry gestelt. Vorige Volgende