Dagelyckse huys-catechisatie(1700)–Franciscus Ridderus– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Morgen-gesang op de agt-en-twintigste dag van de maend. Stemme: Ps. 15. Wie is 't die sal woonen eenpaer, &c. 1. Wie is 't die God ten Hemel wagt? 't Is die 't Geloof tragt te vermeeren, En die de Godsdienst regt betragt, Die boven God ook niet en agt, En nevens God niemand niet wil eeren. 2. Ik dien een God, soo eyscht zijn Wet, Geen Engel of gestorven Vromen, Geen beelt doet my hier in belet, 't Hert is alleen op God geset, 'k Derf anders tot zijn Throon niet komen. 3. Verneder my ook voor mijn Heer, Ik offer aen den Geest gebeden: Dan soek ik verder niemand meer, Maria doe ik nimmer eer: Nogtans ik agt haer reyne zeden. 4. Ik kus nog Hooft, nog hert, nog hand: Nog iets van Heyl'ge naer gelaten, Veel min een lap, een schoe, een tand, O botte Pausdom misverstand, Wat sullen u die dingen baten. Vorige Volgende