Sedigh leven, daghelycks broodt (1639)
(1999)–Erycius Puteanus– Auteursrechtelijk beschermdCCLVIII. Neerstigheydt. 258Ga naar voetnoot+Ghy luyaert, siet het Mierken aen,
Hoe 't werckt, hoe 't slaeft, hoe 't gaet ghelaen.Ga naar voetnoot2
De somer valt, de winter naert:Ga naar voetnoot3
Om oudt te rusten, ionck vergaert.Ga naar voetnoot4
|
|