| |
C.
| |
canna,
Lat. id., Grieksch kánna = riet, mat, uit het Assyrisch kanû, Phoenicisch kaneh (Prellwitz, Etym. Wrtb. der gr. Spr.).
| |
cassave
komt uit de Taino taal van Haïti, waarin men de varianten caçábi, casavi, cazabbi en cassave heeft
(Murray).
| |
castor olie,
in de Hollandsche lexicographie (Vercoullie) reeds voorkomende in zijn
volksetymologischen vorm kasterolie, is van onzekeren
oorsprong. Volgens Littré is huile de castor gelijk castoreum: bevergeil. Mogelijk is het, dat de ricinus-olie
langzamerhand de plaats heeft ingenomen van het bevergeil en met den dienst
ook den naam overgekregen heeft.
| |
Celebes.
Wij moeten in het midden laten, zegt de Enc. v.N.I., of de
naam Celebes van inlandschen oorsprong is, ‘ijzereiland’ beteekent en met
een S moet beginnen; dan wel, of het woord, van Portugeeschen oorsprong,
ontstaan is uit Si labih of labeh en dan
‘het eiland of de eilanden daarboven’ zou beteekenen, naar aanwijzing door
inlanders van de ligging aan de Portugeezen gegeven. Van de theorie van
Egli, dat het eiland zijn naam te danken heeft aan een volksstam der
Celebes, die echter niet bestaat, wordt hierbij nog geen gewag gemaakt en
zooals genoegzaam blijkt, is van elke poging afgezien om de etymologie van
het woord te ontdekken. Deze ontdekking is echter in 1896 gedaan door Prof.
A. Wichmann in een uitvoerig artikel in De Gids, dat hier
verkort wordt weergegeven.
Celebes werd betrekkelijk zeer laat ontdekt. De eerste, die de kust ervan
gezien heeft, was Simo d'Abreu (1523). Eerst in 1528 werd | |
| |
het
land der Makassaren bezocht door Jorge de Castro, terwijl het eerste bericht
aangaande een vestiging der Portugeezen op het zuidwestelijk schiereiland
dagteekent van 1545. Het oostelijk schiereiland werd in 1533 voor 't eerst
door Andrés de Urdaneta betreden, maar geen enkele der bovengenoemde eerste
bezoekers maakt melding van den naam Celebes. Niet eer dan
in het jaar 1550 wordt die naam in een gedrukt werk, van zekeren Duarte
Barbosa, gevonden. Uit Barbosa's manuscript uit 1516 is echter gebleken, dat
de passus ‘de eilanden van waar zij komen worden genoemd Celebe’ niet door hem geschreven is. De plaats, waar het woord aldus
voorkomt, is een Relacion hecha por Vincensio de Napoles
enz. van 1528. Daarin wordt melding gemaakt van een baai, die zich op 8o NBr. (de Oostkust van Mindanao) bevond en gezegd dat
de menschen daar, blanke en goud produceerende menscheneters, zich celebe noemen, doch de pogingen om op Mindanao een
volksstam van dien naam op te sporen, moeten als mislukt beschouwd worden.
Een volgend bericht, afkomstig van den reeds genoemden Andrés de Urdaneta, in
zijn Relacion van 1537, geeft aan het woord een zeer
afwijkende beteekenis, want er blijkt uit zijn mededeelingen, dat met de islas de los Celebes de Sarangani-, Sangi- en Talaut-
eilanden bedoeld zijn. Een zekere Garcia d'Escalante Alvarado wijst deze islas een nog meer naar 't Zuiden gelegen plaats aan, en
wel, zooals door P.A. Tiele aangetoond is, een gedeelte van het
hedendaagsche Celebes, maar opmerkelijk is het, dat de stuurman van het
schip in zijn verslag het woord Celebes in 't geheel niet noemt, terwijl
verder vermeld moet worden, dat de Spaanjaard de Grijalva beweert, dat de
Filippijnen, voordat zij door Villabolos met den tegenwoordigen naam vereerd
werden, den naam droegen van Archipielago de los Célibes.
Met uitzondering van Duarte Barbosa's apocrief bericht zijn al de genoemde
verhalen pas zoo laat in druk verschenen, sommige pas na 't midden der 19e eeuw, dat zij op de naamgeving van het eiland geen
direkten invloed uitoefenen konden. Indirekt echter wel, doordien aan de
Portugeezen een en ander daaromtrent ter oore moet gekomen zijn. Zoo
gelastte in 1525 de gouverneur der Molukken Antonio de Brito, aldus verhaalt
de Barros, dat er 'n onderzoek ingesteld zou worden naar de Ilhas dos Celebes, waar veel goud gevonden moest worden. Die tocht
was zonder succes, doordat het schip naar 't N.O. afdreef en hierin heeft
dus geen aanleiding gevonden kunnen worden tot het geven van een naam aan
ons eiland. Eerst in het door Lavanha na den dood van de Barros uitgegeven
vervolg van diens Decadas vindt men verdere berichten. ‘In
dezen tijd kwamen naar Ternate twee Makassaren .... De Makassaren waren
volgens die afgevaardigden verlangend om handelsbetrekkingen met de
Portugeezen aan te knoopen, en velen in hunne eilanden en in die van de
Celebes zouden genegen zijn het Christendom te omhelzen’. Verder wordt er
bijgevoegd, dat | |
| |
Galvao aanstonds last gaf een schip zeilklaar
te maken. In het werk door Galvao zelf geschreven (1563) is van een tocht
naar de Ilhao dos Macassares e dos Celebes geen sprake.
Het woord Celebes wordt er in 't geheel niet in gevonden. Hoe komen nu de
Barros en Lavanha aan deze eilanden? Van het werk van Galvao zag in 1601 een
Engelsche vertaling het licht door P. Hakluyt. Origineel en vertaling werden
in 1862 onveranderd herdrukt en nu blijkt, dat de woorden ‘o mesuro Antonio
galvao ter muitos feitos [fieis] dos celebres Mocassares,
Amboynos, Moros, Maratax &bi outras diversas partes’ ... vertaald
werden: he himself christened many (as the lords) of the Celebes, Macassares, Amboynos, Moros, Morotax, and divers other
places’. Uit het bijv. nmw. berucht of beroemd, celebre,
maakt Hakluyt een volksstam ... Celebes. Het is nu zeer waarschijnlijk, dat
de Barros en Lavanha dezelfde vergissing hebben begaan, een vergissing die
volkomen verklaarbaar wordt, als men bedenkt, dat Celebres
zelf als synoniem voor Celebes gebezigd werd.
De eerste, die den naam van Celebes op het geheele eiland heeft toegepast,
was Gabriël Rebello, die in zijn Informaçao das cousas de
Moluco in 1569 schreef: ‘De archipel der Celebes is gelegen ten
westen van Moluco en bestaat, naar het schijnt, uit het grootste aantal van
eilanden. Hij begint met het groote eiland der Celebes enz.’ En nu gebeurde
iets, dat het lot van dien naam voor goed besliste. Toen Jan Huygen van
Linschoten in 1592 uit Voor-Indië naar Enkhuizen terugkeerde, bracht hij een
Portugeesche manuscriptkaart van den Indischen archipel mee. Op die kaart
wordt de naam van Celebes op het geheele eiland toegepast, hoewel de
noordkaap nog aangeduid is als de Pta. dos
Celebres. Daarna volgt Mercator, die in zijn atlas alle die
gegevens van Linschoten overneemt, waardoor ten slotte de naam Celebes voor
goed burgerrecht verkreeg. Het geheel overziende, ontwaren wij dus, dat een
in 1550 verschenen werk een onecht bericht bevat over een eiland Celebe, dat
door 'n blank, menschenetend volk bewoond wordt, dat goud produceert. Uit de
bronnen blijkt, dat reeds in 1528 van een dergelijk op de Oostkust van
Mindanao wonend volk melding wordt gemaakt. Kort daarna wordt de volksstam
der Celebes naar de meer zuidelijk gelegen Sangi-, Talaut- en
Sarangani-eilanden verplaatst. Nog later zoekt men het aan de Oostkust van
het huidige Celebes. Een vastere plaats wordt aan deze denkbeeldige en
geheel in de lucht zwevende eilanden aangewezen, doordien zij tengevolge van
een misverstand met de ‘eilanden der Makassaren’, wier ligging vrijwel
bekend was, saamgekoppeld werden. Dit misverstand is ontstaan, doordien de
‘beruchte (celebres) Makassaren’ tot eene vorming van de
‘eilanden der Celebes en Makassaren’ aanleiding gaven. Werd vooreerst de
naam Celebes alleen op het noordelijk schiereiland toegepast en blijft het
zuidelijk gedeelte den naam van Makassar houden, zoo verkrijgt ten slotte de
eerstgenoemde in kaarten en geschriften de overhand.
| |
| |
| |
| |
coprah
is door de Portugeezen waarschijnlijk van het Malayalamsche koppara met zelfde beteekenis overgenomen, maar dit gaat weer
terug tot het Hindi khopra. In de laatste uitgave van Hobson-Jobson wordt dit in verband gebracht met khopra, khopri en khappar, alle drie =
schedel, Skr. kharpara, id.
| |
creool,
wordt door Prof. Vercoullie teruggevoerd tot het Spaansche criollo, maar opgegeven als onzeker in zijn oorsprong. In Uit Oost en West wordt het afgeleid van het Port. crioulo = slaaf geboren in het huis zijns meesters. Als
zoodanig is dan crioulo een afleiding van criar = voeden, opvoeden, waarnaast crear =
voortbrengen (Lat. creare). Deze afleiding komt overeen
met die van Skeat, wat de beteekenis aangaat. Zijn criollo
echter leidt hij af van criadillo: voedsterlingetje,
verkleinwoord van criado: opgevoed, grootgebracht; in huis
grootgebrachte slaaf. De Zuid-Amerikaansche negers pasten dit verkleinwoord,
verbasterd tot criollo, toe op hun eigen in Amerika
geboren kinderen in tegenstelling met de uit Afrika geïmporteerde negers.
Terwijl nu de oorspronkelijke beteekenis van het woord allengs in
vergetelheid raakte, zegt Prof. Veth, dacht men daarbij weldra nog slechts
aan het geboren zijn in een ander land dan dat der afstamming en kende den
naam toe zoowel aan de blanken, die ten opzichte van het verschil tusschen
geboorte- en stamland in dezelfde omstandigheden verkeerden, als aan alle in
Amerika geboren negers. Deze beteekenis is volgens De Vere's Americanisms nog altijd de gangbare: ‘The word creole, from the Spanish criollo, meant
originally nothing more than a child born of European parents in the West
Indies, or on American soil; but it has long since been almost universally
applied to any one born in the tropics, without regard to race or color. In
the United States the meaning of the term is very vague, but a general
feeling prevails, that the creole has some slight
admixture of African blood in his veins’. Mutatis mutandis
zien we iets dergelijks wat de opvatting van de beteekenis van creool
betreft naar gelang het woord in het moederland of in de koloniën gebezigd
wordt. Hier in Indië zijn de kinderen uit Hollandsche ouders creolen, wat ook bijv. de opvatting - de eenig juiste tusschen
haakjes - is van L. Couperus, zelf een Indische jongen. In De
Stille Kracht toch noemt hij van Helderen ‘met zijn verwonderlijke
distinctie en ingeboren stijl, als was hij niet een kind van Europeesche
ouders, die steeds in Indië waren geweest’ een kreool,
maar spreekt men een pas uitgekomen totoksche, dan zal men vaak zien, dat
deze denkt dat een creoolsche niet pur sang is, ondanks
het feit, dat men in Holland creool in den regel gebruikt
van West-Indische kinderen van ongemengden bloede.
| |
croton,
Grieksch krotoon, de naam voor Croton
tiglium, maar volgens Littré werd oorspronkelijk die naam door de
Egyptenaren toegepast op de kiki = de gewone ricinus.
|
|