Dichter en boer. Hubert Korneliszoon Poot, zijn leven, zijn gedichten
(2009)–H.K. Poot[p. 384] | |
Aan een vriend, verraden van zijn verplichte schijnvriend. Het is niet bekend wie de vriend is. Zijn tegenstander was waarschijnlijk Jacob Campo Weyerman. Die gaf een weekblad Hermes uit en had een tegenstander Argus (Geerars p. 267-268). De gebeurtenissen waarop dit gedicht zinspeelt zijn onbekend. Dat de staf van Hermes een ‘vrederoe’ is had Poot kunnen vinden in de Beschryving der heidensche goden en godinnen van David van Hoogstraten p. 20-21. Dat diezelfde Hermes een slimme bedrieger was bewijzen de verhalen van Argus die hij in slaap praatte (en vermoordde), zodat hij de koe Io kon stelen (Van Hoogstraten p. 40). Als zielenleider had hij de macht zielen naar Pluto's rijk te brengen en hen daar ook weer van terug te voeren (Van Hoogstraten p. 18). | |
Aan een vriend, verraden van zijn verplichte* schijnvriendMistrouw de vleiersmonden,
hoe vriendelijk van zang,
nu gij een zo vervloekte slang
in bloemen hebt gevonden.
Dus biedt het loos bedrog,
om liefelijkst te lokken,
de dood aan met vergulde brokken.
De Sinons* leven nog.
'k Zie dorens, nauw t' ontlopen,
Aan Hermes' vrederoe.
Hoe kout* hij Argus' ogen toe,
en Pluto's deuren open!
Als ons, o waarde vriend,
een vreemdeling bejegent,
beraad u, niet te ras gezegend.*
De vriendschap dient verdiend.
Elk lere, traag of radder,
roept hij tot oud en jonk
die zijnen warmen boezem schonk
aan een verkleumde adder.*
Maar waarom met verdriet
d' ondankbaarheid beschouwen?
Schep moed. Wat nijd en valsheid brouwen,
de waarheid wankelt niet.
't Geduchte hoofd der goden
weegt in een juiste schaal
| |
[p. 385] | |