toch dient er op gewezen, hoe gewillig zij zich schikken naar de omstandigheden, die hen bij elkander moeten brengen. Limburg verzet zich niet, in de XIIIe eeuw, tegen zijne inlijving bij Brabant; in de volgende eeuw wordt het graafschap Loon even gemakkelijk bij het bisdom Luik gevoegd; de overgang van Holland en Zeeland, in 1299, op het huis van Avesnes geschiedt op de vreedzaamste wijze. Want de streving, die de vorsten tot grondgebiedsvergrooting drijft, werkt de belangen der bevolking in de hand. De staatkundige gemeenschap, die zij tusschen de verschillende vorstendommen tot stand brengt, is niet alleen een waarborg van veiligheid, doch ook eene bron van kostbare voordeelen, omdat zij de economische betrekkingen bevordert. Het toeval der erfenissen en het uitsterven van vorstenhuizen bewerken dus vroegtijdig eene samentrekking, door het toedoen der locale dynastieën, die overal door de bevolking goed bejegend wordt.
Het was den hertogen van Bourgondië voorbehouden, in de eerste helft der XVe eeuw, het lang vóór hen begonnen werk van vereeniging te voltooien. Wel is waar, werden zij door de politieke omstandigheden geholpen. Frankrijk, dat door den Honderdjarigen Oorlog uitgeput was, noch Duitschland, waar het monarchaal gezag alle macht en alle aanzien verloren had, konden zich tegen de verwezenlijking hunner plannen verzetten. Toch mag men hun buitengewoon geluk niet enkel aan bloot toeval wijten. Alleen de duurzaamheid van den nieuwen Staat, dien zij gesticht hebben, getuigt dat hij op stevige grondslagen gevestigd is, dat hij geenszins het broos en kunstmatig gevolg van gelukkige omstandigheden is. In der waarheid hebben de hertogen van Bourgondië de Nederlanden voortgedreven naar hunne lotsbestemming. De staatkunde van hun huis werd door de openbare meening begunstigd. Nergens, behalve in het bisdom Luik en in het graafschap Gelder, was de bevolking geneigd tot verzet. Meer nog! Hoewel soms de hertogen slechts zeer betwistbare rechten kunnen doen gelden, of tegenover mededingers staan, verklaren de bewoners zich toch in hun voordeel. De overgang van Brabant aan Philips den Goede, zonder welken de taak der hertogen van Bourgondië onvoltooid moest