Soms stijgt er 's nachts een smartelijk gehuil op, zo vol pijn, haast vol dierlijke stervenspijn. Het vervolgt mij dagen aan een stuk; ik weet dat ik later, te midden van rustige avonden die mij misschien nog geschonken worden, het gehuil van ter dood veroordeelden nog zal horen, van mensen die maanden, soms jaren, in de onzekerheid worden gehouden of het heden niet hun laatste dag zal zijn, en die bij elk bezoek denken dat het misschien een afscheid is.
Heel mijn leven zal de schaduw van de ellende hier rondom mij op mijn gemoed wegen. Als een litteken in zijn ziel draag ik de honderdvoudige smart die rondom mij wordt geleden, in elk van die cellen waar een klein kruisbeeld tegen de muur hangt. Eenzaam en verlaten zoals wij; hoevele ogen werden er, gedurende deze jaren, in de gemeenschap van het lijden naar dit beeld gericht? Want wie kan dichter staan bij Hem dan wie lijdt? Een zin uit de catechismus komt mij te binnen: ‘en op de dag van Zijn lijden, groter pijnen dan ooit mens verdragen heeft’. En ik overdenk de rij van gefolterden in lichaam en ziel die hier rondom mij zitten; geseling en kruisiging kunnen niet wreder zijn dan wat sommigen onder ons hebben geleden: van de ijzeren trappen gesleept zodat hun hoofd telkens van trap tot trap tegen het ijzer bonkte, hakenkruisen in de borst gesneden en de wonden met zout ingewreven, met luizenpoeder de mond vol gespoten en daarna zonder drinken gezet, opgehangen met het hoofd naar omlaag en met stokken tussen de dijen geklopt, telkens en telkens weer opgehangen en tegen de grond gesmakt, geslagen dat het bloed op de muren spatte, en de vrouwen, o God, de vrouwen en de meisjes, voor sigaretten overgeleverd aan Amerikaanse negers, de tepels met sigaretten verbrand, met stokken in het schaamdeel gestoken, en de concentratiekampen over heel Europa, en de gaskamers, en de uitroeiingskampen; men wordt ziek, alleen met er aan te denken.
De herinnering aan dat alles leeft hier in deze gangen. Tot de laatste hier buiten zal gaan, naar de executiepaal, op een draagberrie om te sterven in een hospitaal, of gebro-