Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 2
(1727)–Bernard Picart– AuteursrechtvrijXXVII. Hoofdtstuk.
| |
[pagina t.o. 66]
| |
No 44.
CEREMONIE de la CONFIRMATION.
B. Picart sculp. dir. 1723
Autre Maniere de CONFIRMER. | |
[pagina 67]
| |
Geestelyke kloekmoedigheit der Christenen, en het H. Avondtmaal hun Geestelyk voedzel. Wy zullen ons alhier niet inlaaten de natuur van dit Sakrament te verklaaren, noch eenigermaaten de geschillen hier over voor te draagen; maar wy zullen 'er echter een eenvoudige beschryving van doen. DeGa naar margenoot+ Priester alleen is 't die de Eucharistie heiligen kan, want de andere Bedienaars der Kerke mogen nietGa naar voetnoot(a) dan de stoffe van 't Sakrament beryden: Ook heeft hy het voorrechtGa naar voetnoot(b) onder beide de gedaanten te Communiceeren; daar het Volk niet dan onder een gedaante de Communie ontfangt, en deeze gewoonte, zoo eenige meenen, is ingevoert, om de toevallen voor te komen, die de Majesteit van 't Sakrament zoude konnen verontwaerdigen, waar van een deezer toevallen wasGa naar voetnoot(c), dat de groote baarden en kneevels mogten door des Zaligmakers Bloedt in den Kelk bevochtigt worden, en dus den waaren Gelovigen iets afkeerigers veroorzaaken mogt dan een enkele tegenheit.Ga naar margenoot+ EenGa naar voetnoot(d) Protestansch Schryver bepaalt de tydt van de te ruchhouding van een der gedaanten in 't midden der dertiende eeuw: ‘maar, voegt hy 'er by, het Dekreet wierd niet zonder tegenstribbeling aangenomen; overzulks veele Kerken byde de Gedaanten noch lang daarna als noodzakelyk behielden. Echter genoegde men den Volke, met de gewoonte in te voeren, van hun den wyn te geeven om den mondt te spoelen. - - - Deeze onthouding nam waarlyk geen stant, dan door een Dekreet van het Constantsche Concilië in den Jaare 1414. gehouden.’ Immers toen was 't dat dit door deeze Wet kracht kreeg. Wy moeten in 't voorbygaan zeggen, dat het scheen dat de Kerk de teekenen van een Sakrament veranderen en verminderen mogt, zonder nochtans het Geloof te krenken, en zonder het wezen van 't Sakrament te benadeelen. Indien het altoos vereischte de letter te volgen, de Sakramenten zouden niet veel by eenige zaaken verschillen of men zoude zich afgeweeken bevinden van 't geen in 't Euangeli geschreeven is. Men moet ten minsten op Kersdag, Paasche,Ga naar margenoot+ Pinxter en den Epiphanie dag of die van de roeping der Heidenen, ter Communie gaan; maar de oprechte Gelovigen mogen 'er den Sakraments dag, den Feestdag van Aller heiligen, die van Marias Hemelvaart, den dag van hun Bescherm-Heilig en die van hunnen Doop byvoegen. Men moet nuchteren ter Communie gaan; en zich alsdan gelyk een zedig Christen kleeden: de Godtvruchtelingen van een waerelds gedrag, en die begeerig zyn dat hen de genaade en de vermaakelykheit in hunne Godtvruchtige handeling verzellen, weeten een anngenaamen zwier en gelaat aan de zedigheit te geeven, 't geen de Communie vereischt. Het eerste deezer twee volgende AfbeeldzelsGa naar voetnoot(e) die men ter andere zyde beschouwt, voldoet in alles 't geen men over zodanig een onderwerp zoude konnen zeggen. De Priesters die zich in de CommunieGa naar margenoot+ aanbieden, ontfangen de zelve onmiddelyk na den Diaken en Onder-Diaken, voor alle anderen. Zy moeten een witte Stool over 't Koorkleedt aan hebben. De Bedienaars die het Autaar bedienen, genieten de Communie met de kleederen hunner Orde; de Akolyten en andere Klerken ontfangen ze in hun Koorgewaadt. Vervolgens begeeft zich den Dienstdoenden Priester naar de Baluster om den Leeken de Communie uit te deelen, en begint by den eersten van de Epistel-zyde, maakende met de Hostie het teken van 't Kruis voor ieder Persoon, die de Communie ontfangen zal. De Priester trekt zyne handt niet eerder te rug, dan nadat de Hostie t'eenemaal in den mondt van den Communikant is. Wy zullen hier van de gebeden, noch van veele andere dingen geen gewag maaken, die men in de Kerkgewoonte Boeken naslaan kan; en byaldien de Lezer een noch levendiger Denkbeeldt van de Communie begeert te hebben, heeft hy maar zyn oog over dit vertoonende | |
[pagina 68]
| |
AfbeeldzelGa naar voetnoot† te laaten gaan. Ga naar margenoot+ Indien een Hostie in 't geeven van de Communie, of een gedeelte van dien ter aarde viel, moet men 't met allen eerbied weder op neemen,Ga naar voetnoot(a) de plaats alwaar die gevallen is dekken, bezorgt zynde, dat men dit gedeelte van de Hostie niet met voeten treede, de vloer vervolgens schuuren of wryven,Ga naar voetnoot(b) het schuurzel in het Sacrarium brengen, en de plaats wel wassen: doch gebeurde het, dat dit op het tafelkleedt of op den sluier, enz. viel, moet men dit mede wassen en het water in 't Sacrarium werpen;Ga naar voetnoot(c) of indien men 't op het kleedt van den Communikant vernam, dat men de plaats merke en zuivere. Byaldien men inde Ciborie eenige kleine wurmtjes in de Sakramenteele stoffe vond, of indien men volgens de meening der Italiaansche Mystagogen, die wy hier aanhaalen, eenige beschimmelde Hostiekruimelen vond, of eenige andere onzuiverheit, moet men alles verbranden, en de asche in de wasbak werpen. Ga naar margenoot+ MenGa naar voetnoot(d) deelt de Communie de Kloosterzusteren in de Spreekplaats uit: ten dien einde moet men een zyde sluier, een schoon servet, en een Altaar-doek gereedt hebben, om 'er de Ciborie op te zetten. Ter rechter en linker zyde moeten brandende Waschkaerssen staan, en op de vloer een tapyt leggen. De Priester met de Stool enz. aangedaan, draagt het H. Sakrament naar deeze Godtvruchtelingen, voorgegaan van de Akolyten met de Waschkaers in de handt: vervolgens bidt hy het Sakrament aan, de Godtsdienstelyke Zusters doen de Belydenis, werpen zich op de kniën enz. gelyk naar gewoonte; hy neemt dan zoo veel Hostiën als 'er Geestelyke Zusters zyn om de Communie te ontfangen, en geeft haar eindelyk den Zegen. Indien by ongeval een Hostie of gedeelte van een Hostie in de Spreekplaats viel, zal een Kloosterzuster de zelve op het Kelkdekzel opneemen, of op een stuk schoon papier leggen, en die weder op deeze wyze door de tralie den Dienstdoenden Priester weder overgeeven. Men zal mede op de plaats wel achtgeeven, dat 'er niet met voeten op word getreeden; en na de Communie zullen deeze Geestelyke Zusters die zorgvuldig zuiveren en schoonmaaken en het schuurzel in de waterbak werpen. Nadat dan de Gelovigen de CommunieGa naar margenoot+ van des Priesters handt ontfangen hebben, vertrekken zy: maar in 't weggaan, gaan zy voorby de tafels nevens elkander staande, in dier voegen als in 't Afbeeldzel, 't welk de Communie verbeeldt, is te zien. Op deeze tafels zyn eenige zilvere schotels met veelerlei Reliquiën die de Priesters den Gelovigen te kussen geeven; en na dat zy deeze Heilige Overblyzels gekust hebben, legt men in de schotel een stuk geldt naar ieders goedvinden. Deeze Plechtigheit noodzaakt ons van de Offerande en van 't Gezegent Brood te spreeken. Reeds hebbenwe iet van 't eerste gemeldtGa naar voetnoot(e), en 't geenwe hier bybrengen zullen, is uit het Kerkgewoonte-Boek van Alet getrokken, en door kenners voor echt gekeurt. ‘De Offerhande is ingestelt om te betuigen dat men in Gemeenschap van Jesus Christus lichaam en de Kerke is. - - - Hier om is 't dat men den geenen de Vrede te kussen geeft die tot de Offerhande komen. - - Maar vervolgens is het Broodt, 't welk men te vooren ten teken van deeze Gemeenschap offerde, in Geldt verandert.’ Het Gewoonte-Boek geeft drie redenen van deeze verandering, waar van de voornaamste is, dat dit geldt tot onderstandt van den Priester dient. Het word den Christenen aanbevolen in de Mis iets aan Godt aan te bieden: ‘Derhalven moet men den Volke aanmaanen de Offerhande by te woonen, als zynde een Plechtigheit van een Apostolische Overlevering - - Nochtans sluit de Kerk de Katechumenen uit, en die onder de tuchtroede zyn, insgelyks die in den Ban geslagenen, en onder 't verbodt der Kerke leeven. Men offert na het Euangeli en het Geloofs-ArtykelGa naar margenoot+ der Apostelen, terwyl men het Offerdeel der Misse zingt. - - - ten dien einde treedt de Dienstdoende Priester de Autaartrappen af - - - van den Diaken en Onder-Diaken verzelt: gezamentlyk komen ze tot aan de deurgang van de baluster, alwaar de Diaken ter rechter zyde van den Priester zynde, hem het Werktuig van Vrede geeft, of anders een | |
[pagina t.o. 68]
| |
No 45.
La COMMUNION.
B. Picart sculp. dir. 1722.
Le VIATIQUE. | |
[pagina 69]
| |
Kruis volgens 't geen 'er in gebruik is. Een ieder komt dan volgens zyn Staat; het Volk geeft den Voornaamsten den Voorrang; en om de onorde voor te komen, is den aankomst van de zyde van 't Euangeli: nadat men het Autaar en de Celebrant of Dienstdoende Priester gegroet heeft, kust men den Vrede, en vervolgens legt men het Offergeldt in de Schotel, waar na men weder naar de zyde van 't Epistel keert. |
|