[25 Mei 1804]
VRYDAG den 25e MEY, namen wy afscheid van onze vriendelyke hospesGa naar voetnoot823 en vervolgden onze reis, strekkende een eind langs de Berg Rivier die wy aan onze slinke hand hadden. Wy passeerden op een veeplaats van de heer Van Ryneveld, genaamd Jantjes Kraal.Ga naar voetnoot824 Een uur verder reden wy over de plaats van Laubscher, genaamd de Hazekraal,Ga naar voetnoot825 leggende aan de Zout Rivier, welke uit de Berg Rivier lopende, de scheiding van het Kaapsche District uitmaakt.Ga naar voetnoot826 Wy reden lange tyd langs de zelve, tot wy tegens den middag aan Matjes
| |
Fontyn by den Veld Cornet Theunis van SchalkwykGa naar voetnoot827 aftraden om te middagmaalen.
Deze man schynd zeer te floreeren, en heeft een fraay gebouw gezet, dat zeer zindelyk word onderhouden. Hier zynde bekwam de Gouverneur van de hoofdplaats eene postbode brengende depèches, welke met s'Lands bricq Den Arend, Kapitein Buyskens, van de Hooge Regering van Neerlands Indien dan 23e ll. in de Tafelbaay waren aangebragt.Ga naar voetnoot828
Na den eeten vertrokken wy, rydende langs de plaats van Bester,Ga naar voetnoot829 genaamd Portugeesch Fonteyn.Ga naar voetnoot830 Op eenige afstand verder passeerde wy over die van Jan Visser,Ga naar voetnoot831 genaamd de Lange Kuyl,Ga naar voetnoot832 en die van de weduwe Smit,Ga naar voetnoot833 genaamd de Koeyraatenberg,Ga naar voetnoot834 zonder veel merkwaardigs te ontmoeten, en arriveerden wy met het vallen van den avond weder aan de Theefonteyn van den heer Jan van Reenen. |
-
voetnoot823
- Paravicini was teen 21.6.1804 weer by Laubscher op sy plaas i.v.m. die oorplasing van die seinman van Patrysberg na Soldaten Post (B.R. 52, pp. 5, 13-15, 17-18 en 21).
-
voetnoot824
-
Jantjes Kraal of Jantjes Fontein (tans die onderverdeelde plaas Jantjesfontein MAL 2.4 en 2.6, waarop die spoorwegstasie Bergrivier lê) het behoort aan Willem Stephanus van Ryneveld (1765-1812) President van die Kommissie vir Veeteelt en Landbou en later Fiskaal (Vgl. V.R.V. 23 (van Ryneveld) pp. 5-31 en B.H.D. III, p. 416).
-
voetnoot825
-
Hazekraal aan die Bergrivier (tans STEL Q. 8.64) het behoort aan Jan Laubschervermoedelik Johannes Tobias, supra voetn. 805. (B.H.D. lll, p. 416).
-
voetnoot826
- Die (Klein-) Soutrivier wat uit die suide in die Bergrivier loop, was die grens tussen die Kaapse en Stellenbosse distrik.
-
voetnoot827
- Die roete was al langs Soutrivier op, ongeveer soos die treinspoor van Bergrivierstasie na Hopefield loop, tot by Matjesfontein gel. aan't Zoutrivier (tans STEL Q. 9.6 fol. 628). Dit was die plaas van Theunis Gerhardus van Schalkwyk ‘veldcornet aan en over de Bergrivier’; ged. 21.2.1773 en getr. op 15.10.1797 met Hilletje Aletta Smit (G.R. III, P-Z, p. 219 en J. 198, Opgaaf Stellenbosch, 1803).
-
voetnoot828
- Vgl. Kaapsche Courant, 26.5.1804 en 16.6.1804; op Woensdag, 23.5.1804, het ‘'s Lands Oorlogs-Brik De Arend, Capt. A.A. Buyskes’ van Batavië in Tafelbaai anker gewerp en op 14.6.1804 weer na Europa vertrek.
-
voetnoot829
- Die twee broers Johannes Barend Bester (ged. 17.11.1776) en Michiel Christiaan Bester (ged. 14.2.1779). Vgl. B.R. 84, p. 28; B.R. 7, p. 1831 en G.R. I, A-J, p. 55.
-
voetnoot830
-
Portugeesche Fontyn (tans C.Q. 9.9, met onderverdelings) grens suidwaarts aan Hopefield. Dit is reeds in 1721 uitgegee (Botha, p. 105).
-
voetnoot831
- Johannes Visser, Florisseun, ged. 3.4.1763 en getr. op 24.3.1793 met Susanna Johanna Kotzé (J. 199, Opgaaf Stellenbosch, 1803-1804 en G.R. III, P-Z, p. 502).
-
voetnoot832
-
De Lange Kuyl (nou STEL Q. 9.9) is die plaas waarop Hopefield in 1851 aangelê is.
-
voetnoot833
- Pieter Smit, ged. 21.8.1718 en op 24.11.1748 getr. met Anna Maria Nel (ged. 5.10.1732). Vgl. G.R. II, A-O, p. 452 en III, p. 280; ook J. 198, Opgaaf Stellenbosch, 1803.
-
voetnoot834
-
Coenradenberg aan de Lange Kuyl (tans Coeratenberg, STEL Q. 9.11), ook aangedui as ‘de zoute Rivier onder de Coenradenberg aan de Lange Kuyl (in 't Zwartland)’. Vgl. R.L.R. 78, p. 2.
|