Reize in de binnen-landen van Zuid-Africa
(1965)–W.B.E. Paravicini di Capelli– Auteursrechtelijk beschermd[8 Augustus 1803]MAANDAG den 8e AUGUSTUS, weder voorwaards. Onze schoft van heden was zeer groot en de weg met veel klippen bezaayd.Ga naar voetnoot718 Wy zagen een menigte struysen, dog er werden geene geschoten. Het land is zeer kaal en dor; den gantsche dag kregen wy geen water te zien, voordat wy des avonds, zonder iets op teekenens waardig gezien te hebben, uitspanden op de plaats van Potgieter, de Drie KoppenGa naar voetnoot719 genaamd; | |
[pagina 193]
| |
een armzalige hut en eenige vruchtboomen, was al het schoon van deze plaats. Wy verkozen om onze tenten op de vlakte naby de fonteyn neder te slaan; men kan byna niet begrypen dat een menschelyk schepsel heeft kunnen in het hoofd krygen in zulks een woestyn te gaan woonen. Zeer vroeg in den morgen van |
|