Reize in de binnen-landen van Zuid-Africa
(1965)–W.B.E. Paravicini di Capelli– Auteursrechtelijk beschermd[4 Juli 1803]MAANDAG den 4e JULY. De Gouverneur werd dezen dag door een menigte bedienden en burgers der Colonie bezogd en sprak met hun lange tyd over onderscheidene belangens; twee leden van de kerkenraad verzogten zyn Edele de ontredderde staat van de kerk te willen in oogenschyn nemen. Een dezer, oude - CoetzeeGa naar voetnoot560 genaamd, scheen aan den Gouverneur toe een zeer redelyk mensch te zyn, die de oorzaken der rampen van zyn land gevoelde, en gaarne wilde medewerken tot het herstellen der bestaande oneenigheden. De Generaal voldeed dan aan het verzoek en ging onder hun geleide de kerk bezigtigen. Wy vonden het gebouw van binnen zeer verwaarloosd, en in een zoodanigen staat als gewoonlyk gebouwen zyn, die sterk en niet zindelyk door troupen onderwoond zyn geweest, zonder dat er echter aanmerkelyke groote schade aan was geschied.Ga naar voetnoot561 De inwoonders van dit district zyn de eygenaars en stichters van het gebouw, en het is natuurlyk dat zy verlangden dat het zelve weder in order werd gebragt; alleenlyk schenen zy 〈niet〉 te begrypen dat diegeene welke geoorlofd hadden dat men de kerk tot een cazerne gebruikte ook die waren, welke dit herstel moesten bekostigen. Een menigte burgers waren mede in de kerk gegaan. De Gouverneur nam wederom deze gelegenheid waar om hun zyne en des Gouvernements inzichten aan den dag te leggen, vermanende hun ten sterksten om dog onderlinge | |
[pagina 152]
| |
geschillen te vereffenen en eensgezind het algemeen belang te behartigen zonder het welke zulks niet mogelyk is. Onder anderen bragt de Gouverneur hun ook onder het oog dat wanneer de omstandigheden het vereischen om troepen ongelukkiger wyze in de kerk als het grootste gebouw te moeten logeeren, en hier door eenige schaden ontstaan, men dan met geen recht kan vergen dat, of magistraat, of kerkenraad, of hoofdbeampten de kosten zouden dragen, want dat het gebruik van kerken tot die eindens in Europa in de laatste jaren, zoo veel honderden malen was geschied dat men iets van dien aart als niets buitengewoon meer rekenen konde; en dat zoo het Gouvernement al konde besluiten tot het bekostigen van dergelyke rampen, zulks dan nog nimmer geschiede, wanneer de regering genooddrongen werd troepen na eene plaats te zenden, om daar plaatshebbende onlusten tusschen de ingezetenen te dempen en de inwendige rust te herstellen, gelyk hier het geval was geweest. De twee lieden der Kerkenraad, schenen en betuigden dat hunnen gedachten ook in dier voegen waren, en vroegen blootlyks of zy konden beginnen met de herstelling; de Generaal rade hun, hiermede, zoo zulks wezen konde nog twee à drie maanden te wagten tot zy wisten welke schikkingen omtrent dit district gemaakt en welke kerkelyke bediendens hun zoude gezonden worden, laatende dit egter aan hunne overweging, wyl de Ingesetenen de eenige eigenaars van het gebouw zynde, zylieden na hun verlangen er mede kunnen handelen.Ga naar voetnoot562 De Generaal stelde heden eene brief aan den Commissaris Generaal,Ga naar voetnoot563 om zyn hoogEdele op nieuws het groote nut van eene Landreize te betogen, en eenige puncten aantegeven om de zelve met het meeste gemak te kunnen ten uitvoer brengen. Twee Engelsche deserteurs melden zich heden weder aan en bekwamen de gewoone dispositie.Ga naar voetnoot564 Men maakte heden een begin onze wagens en train tot de nog te doene reize uitterusten en van mondbehoeften te voorzien. |
|