Reize in de binnen-landen van Zuid-Africa
(1965)–W.B.E. Paravicini di Capelli– Auteursrechtelijk beschermd[5 Mei 1803]Des morgens van DONDERDAG den 5e MEY, namen wy weder onze weg aan, over de voor ons leggende hooge rug, aan welkers overzyde aanstonds de plaats van Hermanus Pietersen aan de Kleine Zeekoe Rivier is leggende;Ga naar voetnoot245 wy gingen een ogenblik van de paarden om de famille te groeten; tegens by na elf uuren kwamen wy ter plaatse Cabeljauws Rivier genaamd, leggende aan de Rivier van dien naam en behoorende aan de weduwe Jacob Kritsinger,Ga naar voetnoot246 welke ons ook noodigde aftestappen: wy deeden dat kort, na de rivier, die niet veel te beduiden heeft doorgetrokken te zyn, en reeden na des zelfs mond, een quartier uur van daar gelegen. Deeze is gelyk alle andere van vooren met zandbanken gesloten, laatende aan de regte oever eene naauwe ondiepe en niet bevaarbare uitwatering over; voorts is de mond niets dan eene verlenging van het strand der zee. Een uur of anderhalf van daar hielden wy ons middagmaal. De Gouverneur schreef hier een brief na de Algoa Baay ten einde den Major Van Gilten van het 5e Bataillon van Waldeck aldaar commandeerende te informeeren dat wy spoedig dagten aan te koomen;Ga naar voetnoot247 terwyl wy hier uytgespannen legde, kwam | |
[pagina 57]
| |
een wagen aan welke twee dagen te vooren van Thomas FereyraGa naar voetnoot248 uit de Algoa Baay was afgezonden, om in dit district by zyne famille provisien van meel &a te haalen; de voerlieden verhaalden ons, dat reeds verscheide dagen geleden het eerste schip der Expeditie na de Algoa Baay (voorbeschikt om bezetting van het Fort Frederik van de Kaapstad overtevoeren) met 's lands brik van oorlog de Spion was ter rheede gekoomen, dog het hoekerschip de Verwagting nog niet was opgezeild.Ga naar voetnoot249 Tegens vier uuren circa zagen wy de Chamtouwsche RivierGa naar voetnoot250 voor ons leggen aan welke oever wy onze tenten sloegen en ons camp voor die nacht vestigden: geduurende dit laatste traject zagen wy voor het eerst de noordsche doorn,Ga naar voetnoot250a een boom van veele schoonheid; een snede met een mes overlangs de boom door de buiten bast gedaan sprong uit de zelve een groote menigte witte sap, juist als vette melk, welk sap men ons verzekerde zeer zwaar vergif te zyn; wy hadden in het camp een goed vuur aangemaakt; niet ver van daar hadden de Hottentotten en dryvers der wagens het hunne. Zy speelden op hunne wyze met de kaart, welke bestaan uit zeer kleine stukjes hout die zy tusschen de vingers verbergen; ik zal zoo veel ik heb kunnen te weten koomen en begrypen, hun spel hier ter neder schryven. Zy zitten zo veel er zyn op hunne hurken rondsom het vuur, ieder een stuk der bovengezegde houtjes in de hand houdende, de eene helft der speelers by den aanvang in de rechte en de andere in de linke hand. De knaphandigste begind dan met allerly gebaarden naaktuitgekleed in de hottentottsche taal onbegrypelyk gaauw te praaten en zyn houtje van de eene in de andere hand te gochelen, makende allerly grimassen, buygingen, draayingen en contorzien en zulks tegens den tegens hem overzittende, die het zelfde doet; na lange tyd hier mede met veel agiliteit aangehouden te hebben, toond een van beide in eens zyn hand met het houtje. Zo den anderen dan het zelve in de verkeerde hand heeft of tusschen een andere vinger heeft dan zyn tegenparty, is deeze overwonnen, dog dan is het spel nog niet ten einde; de overwinnaar moet dan de geheele rey (aan zyn overzyde) hebben gewonnen om triomphant te zyn; dit maakt dat zy alle te saam praaten, zig wringen, stampen, en de allerbelachlykste postuuren aannemen. Zodra men verliest teld men op zyne reeds verwonnene een agteruyt, dus kan dit spel zeer lang duuren; die geene die gansch de rei af verliest, word | |
[pagina 58]
| |
zyn houtje met veel gebaarden en keelgorgelen verbrand en de overwinnaar met veel statie op de grond gelegd en met alle de kleederen van het daar aanweezige gezelschap overdekt. Of het nu verkieslyk is te overwinnen of overwonnen te worden, laat ik ter beoordeeling over; ik voor my zoude het voor eene benaauwde straf aanzien op zulk een wyze voor myne handigheid beloond te worden; ook toen de arme held onder zyn lauwren uytkwam liep hem het sweet met stralen van het lichaam. Dit is het geen wy 'er van konden ontwaren: het spel animeerd hun sterk; zy ontdoen zig van hunne kleederen om des te handiger te buigen en duiken. Zittende te souppeeren kwam een Hottentot aan de tent ons waarschouwen dat er een zeekoe (Hyppopothamus) de rivier af kwam zakken. Een ieder liep met snaphanen na buyten om dit gedrogt te dooden; wy hoorde by tusschen posen van twee à drie minuten het snorken en zuchten, als moetende dit dier telkens de kop boven water steeken om adem te haalen; veele der jonge lieden reeden een eind langs de rivier op, dog zonder gevolg. Eenige zagen het buiten bereik van het geweer, over de in de rivier leggende droogtensGa naar voetnoot251 loopen makende een grommend zuchten en steunend geluyd. Tegens agt uuren maakte eenige der jongelieden van de toen zynde ebb gebruik om de rivier te passeeren; die egter de weg in dezelve niet kend loopt gevaar in de uitgespoelde gaten te verdrinken, gelyk zulks tydens de Engelsche bezetting eenige maalen aan ordonnancen die na Graafreinet gezonden werden, is overkomen. |
|