CLXXVI. Hoc valli insigne recepti.
Om dat ick d'eerste ben in vijants leger comen,
Voer ick dit tot een merck van een vval ingenomen.
Een leger wort soo lang onwinbaer-sterck geacht,
Tot dat een stout vroom helt, met sinnen oft met cracht,
De staken oft de schans begint ter aerd te vellen,
Oft dert sijns vaendels straff op s'vijands wal gaen stellen:
Dan volgt elckeen hem nae, die't eerst niet durft bestaen:
Want die hier wel begint, heeft bij-nae half voldaen.
De ouders hebben dit daerom oock willen eeren;
Op dat door sulcken lof elck vromicheyt mocht leeren.
DE Leger-Croon, Wal-Croon, oft Pael-Croon, was oock gemaeckt van goudt, in ghedaente van palen, oft als een ront staketsel: ende wierdt vanden Keyser, oft Oppersten-Crijchsheer geschoncken aen den ghenen die door sijn vromicheyt den eersten was, die vechtender hant doorbrekende, inden leger oft binnen de beschandtsingen der vijanden gecomen was.