New York City
Zondagavond reed ik linea recta van het vliegveld naar het Plaza hotel om Zain verslag uit te brengen. Behalve dat ik dus rapporteerde dat de groep Rijkens via Van Konijnenburg uitvoerig was ingelicht, op de hoogte gebracht en gewaarschuwd, meende ik de ambassadeur in de indrukken, die ik van mijn gesprekken met journalisten had meegebracht, te moeten laten delen. Die kwamen er namelijk op neer, dat de stemming in Nederland langzamerhand inderdaad overhelde naar grotere bereidwilligheid om Nieuw Guinea dan maar in Godsnaam aan Indonesie af te staan, maar dat ik vermoedde, dat wanneer Indonesie nu opnieuw met een felle, oorlogszuchtige rede in de Assemblee van de U.N.O. zou komen, het getij weer zou keren. Zain voelde veel voor dit argument. Samen met Yamin wist hij Soebandrio, die uitgerekend de volgende middag de algemene vergadering van de Verenigde Naties over Irian Barat zou toespreken, te overtuigen dat enige wijzigingen in zijn rede dienden te worden aangebracht. Soebandrio hechtte waarde aan het oordeel van Zain. Voornamelijk omdat zijn ambassadeur doorgaans geen blad voor de mond nam. De staf van de Indonesische missie bij de U.N.O. werd laat die avond opgetrommeld om aan het werk te gaan en een aantal pagina's van Bandrio's rede te herschrijven en opnieuw te stencillen.
Zain en professor Yamin besloten na afloop van het Nieuw Guinea debat in de Algemene Vergadering persoonlijk een onderzoek in te stellen naar de verschijning ten tonele van professor Verrips. Zij reisden naar West Duitsland de eerste week van december 1961. Een aantal Nederlandse journalisten hebben hen daar opgezocht, waaronder Hofland, Brugsma, Klinkenberg en anderen en ook de bejaarde Van Blankenstein - voor wie ik zelf zijn rendez-vous met Yamin en Zain regelde - kwam naar Dusseldorf. De Indonesiers wisten behendig iedere publiciteit over het Verrips incident en de Suurhof-Goedhart affaire in New York de kop in te drukken.
Ook minister Luns kwam uit New York terug en verklaarde geirriteerd dat de zogenaamde groep Rijkens de regering voor de voeten bleef lopen.
Het was de communis opinio, dat niemand er bij zou zijn gebaat op dat moment de Verrips raadselen in de openbaarheid te brengen. Besprekingen tussen Nederland en Indonesie over