hulp en wapenleveranties en nog was er geen vriendschap tussen beide landen gegroeid.
Een van de redenen, dat de betrekkingen tussen Washington en Djakarta slecht waren was, dat men niet werkelijk naar elkaar luisterde. Al in 1956, in zijn rede voor het Congres had Soekarno met klem verklaard, dat het zijn land niet te doen was om een Niagara-val van dollars uit de V.S. te ontvangen, maar dat het Azie van de twintigste eeuw het op prijs zou stellen, indien Amerika zich de moeite zou getroosten iets van de gevoelens, verwachtingen en dromen van dit herboren Azie te gaan begrijpen. Later veranderde Soekarno de melodie van zijn vermaningen aan het adres van Washington en gebruikte hij taal die vooral in Texas beter werd verstaan. ‘Go to hell with your dollars’, schreeuwde hij toen in het bijzijn van de Amerikaanse ambassadeur. De Amerikanen waren diep geschokt. Men had immers één miljard geschonken! Wat wilde Soekarno dan nog meer?
Maar had men ooit eerder werkelijk naar Soekarno geluisterd?
Of deed men dit pas toen de man begon te razen. De Amerikanen nemen notitie van de leiders van nieuw tot stand gekomen naties in de derde wereld op dezelfde wijze waarop bijvoorbeeld Schmelzer in de Tweede Kamer naar Koekoek luistert.
Behalve, natuurlijk, wanneer deze leiders ‘communisten’ zijn. Dan staan al hun haren overeind en oren zogenaamd wijd open.
Ik heb vier Amerikaanse ambassadeurs in Djakarta gekend: Cummings, Allison, Jones en Green. Met uitzondering van Jones zagen zij geen van alles kans het vertrouwen van de hoogste leiders in het land te winnen of de betrekkingen tussen Indonesie en de V.S. te verbeteren. Terwijl Howard Jones zodanig persoonlijk met Soekarno bevriend raakte, dat men hem nà de verdwijning van de Kennedy's in Washington niet meer au sérieux nam.
Een eenvoudige zaak, als de verzending van surplus Amerikaanse voedselvoorraden, leverde wrijving en onaangenaamheden op.
In een gesprek met Howard K. Smith van de Amerikaanse C.B.S. televisie zei Soebrandrio hierover, ‘Het duurde twee weken om de levering van 20.000 ton rijst in Peking met de Chinese autoriteiten te bespreken en te regelen. En nog eens precies twee weken later werd deze rijst in Djakarta afgeleverd’. En, vroeg Smith, wat waren uw ervaringen met ons? ‘Om u de