Ideën III
(1876)– Multatuli– Auteursrechtvrij
[pagina 175]
| |
760.Ik had ongelyk, voorbeelden van leugengeschryf te ontleenen aan scheltema. 'n Paar dagen wachtens zou my 'n staaltje bezorgd hebben, dat wellicht in deze tyds-omstandigheden dieper indruk had gemaakt. De generaal von moltke legt den volke zyn krygskunde bloot. Die strateeg levert me allergemüthlichst de bewyzen voor m'n stelling over de vechtkunst, die ik anders uit veel rapporten en krygskundige werken had moeten by-eensprokkelen. Ik ben hem grooten dank schuldig. Maar deze dankbaarheid is niet te vergelyken by de verbazing over de brutale onnoozelheid die zich zóó bloot geeft, en over de bêtise van Europa dat aan de in von moltke's geschryf vervatteenthüllungen waarde hecht. Bedriegt de man anderen alleen, of tevens zichzelf? Meent-i inderdaad wat degelyks verkondigd te hebben? 't Is wel mogelyk. En in dit denkbeeld zal-i waarschynlyk ten-grave gaan. Lang na ons nog zullen anderen zich op hèm, op zyn krygskundige voorschriften beroepen. En dit zal zoo blyven tot men eens eindelyk tegen-over 'n vyand staat die lezen kan en uit de studie van de krygsgeschiedenis geleerd heeft dat de ware krygskunde in moed en karakter bestaat. Men zal dan inzien... Neen, toch niet! Na alexander, na cesar, na frederik den Groote, na napoleon I - generaals die hun overwinningen aan 't minachten van de schoolregels te danken hadden! - vergaapt zich nog immer 't leugenbegeerig publiek aan praatjes over 'n wetenschap die geen wetenschap is. 't Is moeielyk iets waars te plaatsen by zoo'n geeuwhonger naar bedrog. En daarom voelde ik my door bitterheid gestoord in m'n arbeid. Op von moltke's krygskunde zal ik ter-zyner-tyd terugkomen. De Muurlingen in uniform hebben me reeds te lang in m'n gedachtenloop gestoord. Ik zal trachten de oogen aftewenden van den waarheidsmoord waarop strategen en publicisten hun lezers vergasten, en m'n beschouwingen over Publieke Voordrachten met den kommentaar over ‘vrye-studie’ voorttezetten...
Weer 'n overwinnings-depêche! Ik geloof 't graag, de vyand loopt weg. In-plaats van ossen en helden, zie ik nu dagelyks honderden gevangenen voorby-dryven. Al die individuen staan by den Burgerlyken Stand geregistreerd als: van 't mannelyk geslacht. Hebben die Franschen 'n eed gedaan, aan von moltke's krygskunde 'n anstrich van degelykheid te geven door succes? Dit zal niet lukken, na z'n al te naïve enthül- | |
[pagina 176]
| |
lungen. Ik kan lezen, en zal trachten anderen optewekken dit ook te leeren. En nu: guerre à la guerre. Ik ben misselyk van al den heldenmoed ‘unserer tapferen Landwehrmänner.’ 't Gebluf op de al te gemakkelyke overwinning is byna even walgelyk als de vieze lafhartigheid die deze overwinning zoo gemakkelyk maakt.
Och, als men lezen kon! Ga naar margenoot# Ga naar margenoot# |
|