Ideën III
(1876)– Multatuli– Auteursrechtvrij686.Ieder erkent dat laster 'n vreeselyk kwaad is. Deze algemeene vyand - die toch veel vrienden ook schynt te hebben, omdat-i anders niet zoo voortdurend 't hoofd zou kunnen bieden aan al die vyandschap - werkt op andere wys dan men gewoonlyk meent. Er wordt zelden iets verzonnen: men rangschikt. (244) En waar de kwaaddichter, de boosheid-‘vinder’ stuiten zou op 'n gaping, wordt 't ontbrekende zoo slecht mogelyk aangevuld, 'n taak die de hoorders op zich nemen, indien de ‘zoo goed geïnformeerde’ zegsman mocht te-kort-schieten in z'n poging om 't noodige | |
[pagina 106]
| |
gif bytezetten aan 't veroorzaakt kwaad. |
|