651.
Behalve de smaad evenwel, die in onzen tyd - en in Nederland vooral
- hand-aan-hand gaat met armoede, bestaat er nog 'n andere oorzaak, die 't
kunstenaar-zyn bemoeielykt, indien hem z'n loon al te schraal wordt
toegemeten.
Ik betoogde hoe hy z'n indrukken moet ontvangen van de Natuur. Het
is nu eindelyk te hopen dat men hieronder niet - al te stads-naïvelyk! -
slechts boomen, gras, bergen, enz. versta. De leermeesteresse van den artist
is: al 't gewordene dat onder 't bereik van z'n zintuigen valt. Indien
we voor 'n oogenblik verschil aannemen tusschen groot en klein - iets zeer
konventioneels, en alleen geoorloofd in-verband met onze meerdere of mindere
vatbaarheid tot begrip - beslaat de mensch-zelf onder dat
??? de eerste plaats. Waar en hoe nu zal de kunstenaar z'n modellen
bekomen, indien-i zich in welvarende kringen verachtelyk ziet afgewezen om
kalen rok of verwaarloosd uiterlyk? Moet-i z'n verbeelding - àl te
kunstig dan! - verkrachten tot den leugen: in scheldende hospita's en
manende waschwyven engelen te zien? In den deurwaarder 'n bode uit hooger
sfeer? Kan-i geven wat liefelyk is en welluidt, indien de aanraking met de
wereld hem by-voortduring bevrucht met bitterheid? Dit is onmogelyk!