Volledige werken. Deel 23. Brieven en dokumenten uit de jaren 1884-1886
(1993)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd[12 juli 1884
| |
[pagina 185]
| |
voor myn zelfstandig denken, voor de logische ontwikkeling van myn denkkracht, om zyn beeld anders dan met erkentelykheid in myn hart te bewaren; geen gevoel van haat vervult my; doch na zyne ruwe handelwys met de vrouw die ik het meest op aarde bemin moet ik my treurig van hem afwenden, want voldoening kan ik niet vorderen van een zenuwlyder. Ik had hem dit zelf willen zeggen maar by nader overleg schryf ik het liever aan U, daar ik bevreesd ben hem in nieuwe toorn te ontsteken, waarvoor dan geen zondebok ter ontlading voorhanden mocht zyn. U kunt hiervan gebruik maken naar goedvinden. Gy, lieve Mevrouw, die pleisters op alle wonden legt, wier streven het is uwe omgeving gelukkig te maken, gy die goed zyt voor allen; ik hoop dat gy U onze vriendschap niet zult onttrekken; ik weet niet of gy ook ‘Weltschmerz’ gevoelt maar ik vind het schoon zyn naaste omgeving gelukkig trachten te maken en dit zoeken uit te breiden en niet andersom te beginnen de gansche wereld te willen verlossen en zyn naaste omgeving te doen lyden. Weltschmerz (medelijden met alles wat lijdt) klinkt schoon maar lijkt mij onmogelijk; schoon dunkt het mij te trachten het lijden zijner naaste omgeving en vrienden te lenigen, in plaats hun zoo bitter zeer te doen. Wy hebben in de Heer en Mevrouw PoolGa naar eind2. een paar allerliefste menschen leeren kennen, intelligent, vol smaak en yver voor kunst, van bevallige beschaafde manieren; zyn er veel zulke hollanders? Vaarwel, lieve Mevrouw, behoudt ons in uw vriendelyk aandenken Johannes Bremer Uerzig an der Mosel, Posthotel |