Ergens in het achterland van de ‘Wilde Kust’ (de tegenwoordige Guyana's inclusief Suriname) zou zich een gouden stad bevinden met alles, tot zelfs de straatstenen, van goud, overheerst door een vorst die iedere ochtend weer door zijn dienaren met stofgoud bestrooid werd. Hij werd door de Spanjaarden, die vergeefse zoektochten naar zijn land ondernamen, El Dorado genoemd.
In ‘De opdracht van Fodewroko’ gaan twee echtparen en zeven tieners op vakantie in het Surinaamse binnenland, naar de Banjavallen. Ze reizen per ‘Jumbo’, de tot bus omgebouwde vrachtwagen, over de glibberige weg door het district Brokopondo en vanaf Atjoni per korjaal. De sfeer zit er meteen in.
De jongeren zijn heel verschillend, zowel wat kleur en afkomst als karakter betreft en dat maakt het verhaal al boeiend. Nauwelijks zijn ze gearriveerd op hun vakantie-eiland, of hun avontuur begint. Realiteit wordt gemengd met fantasie.
Dat is de kunst die Ismene Krishnadath als geen ander beheerst, ook in haar verhalen en haar jeugdroman ‘Veren voor de Piai’.
De jongeren ontmoeten Fodewroko, een oudere, lange zwarte man met een hoofd vol grijze vlechten in kleurige panyi. Hij zegt al vijfhonderd jaar op hen te wachten. Zijn uitdagende opdracht aan de zeven tieners is om het goudzuchtige watermonster Gowtu Dibri te vernietigen.
Ze accepteren de opdracht en rollen van het ene adembenemende avontuur in het andere. Met allerlei onvoorstelbare uitdagingen worden ze geconfronteerd.
Ze worden belaagd door moordzuchtige, gigantische insecten, een van hen wordt bedwelmd door de geur van verboden bloemen, ze krijgen hulp van Bigiaka; kortom: ze overschrijden hun eigen grenzen en overwinnen hun angsten.
De uitdagende zoektocht: het is het thema van de jeugd op weg naar volwassenheid, waarvan er veel grote voorbeelden zijn in de wereldliteratuur. Ismene Krishnadath hanteert het hier op een Surinaamse wijze.
Een prachtig, spannend boek. Het knappe is dat het thema oeroud en universeel menselijk is en de uitwerking helemaal geënt op de jeugd van nu. Op geen school voor jongeren tussen de 12 en 15 mag het ontbreken, ook al omdat in het boek veel wetenswaardigheden over het regenwoud, het milieu, de geschiedenis, de cultuur van de volkeren uit het binnenland en het oude verhaal over El Dorado op een luchtige manier worden verweven.
Aan de laatste druk van ‘De opdracht van Fodewroko’ heeft de schrijfster een ‘Nawoord’ toegevoegd, ‘Goudwinning in Suriname’, waarin ze de geschiedenis van het goudzoeken en de gevaren ervan (vergiftiging van mens en dier door kwik en malaria) beschrijft.