Van Alexandros tot Zenobia. Thema's uit de klassieke geschiedenis in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater
(1998)–Eric M. Moormann, Wilfried Uitterhoeve– Auteursrechtelijk beschermdKyros(regeert 558-529), zoon van Mandane, de dochter van de Medische heerser Astyages, en van Kambyses. Herodotos verhaalt dat, toen Mandane op huwbare leeftijd gekomen was, Astyages in een droom zag dat zij waterde en heel Azië deed overstromen. Hij voorzag onheil en gaf haar ten huwelijk aan een onaanzienlijke Pers, Kambyses. Astyages kreeg opnieuw een onheilspellend droomgezicht: uit de schoot van zijn dochter groeide een wijnrank die geheel Azië overschaduwde - volgens de droomuitleggers een teken dat Mandane het leven zou schenken aan een kind dat voorbestemd was om in zijn plaats te regeren. Toen Mandane daarna het leven schonk aan een zoon, Kyros, beval Astyages zijn vertrouweling Harpagos het kind om te brengen. Deze kon het niet over zijn hart verkrijgen het kind te doden en droeg de herder Mithradates op het kind in het gebergte te leggen en het aldus aan een wisse dood prijs te geven. De vrouw van Mithradates nu had juist een miskraam gehad, en het paar liet het lijkje in het gebergte achter en bracht Kyros groot als eigen kind. Al op tienjarige leeftijd toont het kind een buitengewoon karakter. Tijdens een spel dient Kyros, de leider van het groepje, een speelkameraad die zich niet gedraagt volgens zijn aanwijzingen, een aantal zweepslagen toe. De jongen, een zoon van een aanzienlijke Mediër, beklaagt zich bij zijn vader, en deze bij Astyages. De koning ontbiedt de jonge Kyros en meent in diens uiterlijk en gedrag zijn doodgewaande kleinzoon te herkennen. Onder dreiging van martelingen onthult de herder de ware toedracht en ook Harpagos moet toegeven dat hij destijds niet heeft voldaan aan de opdracht om het kind om te brengen. De herder wordt gespaard, Harpagos daarentegen gruwelijk gestraft: na een banket wordt hem onthuld dat hij zijn enige zoon, op bevel van Astyages gedood en opgediend, heeft verorberd. Astyages staat voor de vraag hoe nu met Kyros te handelen. Als de magiërs hem verklaren dat het droomgezicht, volgens hetwelk Kyros zou regeren, betrekking moet hebben gehad op het kinderspel en dat daarom niets meer hoeft te worden gevreesd, laat hij Kyros terugkeren naar zijn echte ouders. Tegenover hen geeft de jongen hoog op van het echtpaar dat hem opgevoed heeft: Mithradates en Kyno. Het is vermoedelijk de | |
[pagina 143]
| |
naam van deze pleegmoeder, die ‘hondin’ betekent, die Iustinus ertoe brengt om te vertellen dat de pleegouders het kind in de bergen hadden gevonden, terwijl het door een teef werd gezoogd. Herodotos zet zijn verhaal voort met een beschrijving van de overwinning van Kyros en de Perzen op Astyages en zijn Meden. Een wraakzuchtige Harpagos stelt zich in verbinding met Kyros en roept hem op tot een Perzische opstand. Kyros krijgt de Perzen mee door hen het verschil te laten proeven tussen een dag zwoegen op het land en een dag vol feestmalen en drinkgelagen. Zij behalen de overwinning en Kyros legt aldus de basis voor het reusachtige Perzische rijk. Hij onderwerpt achtereenvolgens de Lydiërs onder Kroisos (»Solon), de Griekse stadstaten langs de kust van Klein-Azië, en Assyrië en Babylonië met de wonderbaarlijke, door de koninginnen »Semiramis en Nitokris met ingenieuze vesting- en watersystemen uitgeruste hoofdstad Babylon. Uiteindelijk komt hij om in de veldtocht tegen de Massageten. De koningin van deze stam, »Tomyris, dompelt zijn hoofd in een zak met bloed. Zijn zoon Kambyses volgt hem op en bestendigt het Perzische rijk.
Kyros staat in de antieke literatuur te boek als een wijze koning. Aischylos prijst hem in de tragedie De Perzen 472, Aristoteles noemt hem bevrijder en weldoener van de volkeren. Xenophon schreef begin 4e eeuw v.C. het traktaat Kyroupaideia, volgens de titel een beschrijving van de opvoeding van Kyros, in feite een historisch-filosofische roman met een sterk geïdealiseerd beeld van Kyros. De smadelijke dood van Kyros in de slag tegen de Massageten past niet in dit verhaal: Xenophon laat Kyros, in het zicht van een natuurlijke dood, zelfs nog wijze lessen geven aan zijn kinderen en vrienden, lessen die door Cicero werden opgenomen in zijn Cato-traktaat. Het boek van Xenophon heeft in de hellenistische en Romeinse cultuur het beeld van Kyros in belangrijke mate bepaald. Eén verhaal wordt in later tijd overgenomen door Loukianos en Philostratos. Als Pantheia, gemalin van de overwonnen tegenstander Abradatas, in handen van Kyros is gevallen, is de vorst zo verstandig zich verre te houden van deze gereputeerd mooie vrouw. Hij stelt de gevangene onder de hoede van zijn vertrouweling Araspas, die heeft gesnoefd elke liefdesaandrang de baas te kunnen blijven. Niettemin wordt hij hopeloos verliefd op Pantheia. Abradatas kiest, als hij hoort met hoeveel respect Kyros zijn vrouw bejegend heeft, diens zijde. Als hij in Kyros' krijgsdienst gevallen is, pleegt Pantheia bij zijn lijk zelfmoord. In de joodse traditie wordt Kyros, onder meer in het oud-testamentische boek Esra vermeld als ‘Kores’, geprezen als degene die in 539 tienduizenden Joden uit hun ballingschap in Babylon liet terugkeren naar Israël, hun de godsdienstvrijheid liet en zelfs het eertijds uit de tempel van Jeruzalem weggevoerde vaatwerk teruggaf. Hieruit blijkt het alom hogelijk geprezen respect dat Kyros steeds in acht nam jegens de overwonnen volkeren, die hun cultuur en vrijheid mochten behouden. Ook in de middeleeuwen heeft Kyros, naast »Dareios personificatie van een van de opeenvolgende ‘vier wereldrijken’, en wel het Perzische, deze gunstige reputatie. Hiertoe draagt bij dat de droom van Astyages over de wijnstok die uit de schoot van Mandane groeit, in de joods-christelijke traditie vooral de aankondiging is van een heerser die de Joden zal bevrijden uit Babylon. Deze droom wordt in het 14e-eeuwse Speculum humanae salvationis (in de Lage Landen: Spiegel der menschelike Behoudenisse) ook opgevoerd als een prefiguratie van de voorspelling dat Maria een kind zal baren dat de mensheid zal bevrijden - een gedachte die eind 12e eeuw was ontwikkeld door Petrus Comestor in zijn Historia scholastica. De vermelding in het veelgelezen Speculum verklaart de aanwezigheid van Kyros in kloosters en kerken: bijvoorbeeld een glasschildering in het klooster Ebstorf bij Hel- | |
[pagina 144]
| |
zen, een wandtapijt in het klooster Wienhauser bij Celle, en een wandschildering in de St.-Pancratiuskerk te Enkhuizen. De scènes in de beeldende kunst die niet zijn te herleiden tot het Speculum of tot de topos van de vier wereldrijken, gaan terug op Xenophon of Herodotos. In de Notre-Dame te Beaune wordt een serie van vier 15e-eeuwse wandtapijten bewaard, die zijn gebaseerd op een bewerking van de Kyroupaideia door de graaf van Lucena ca. 1470 ten behoeve van Karel de Stoute. La Hyre schildert hem rond 1635 naar Xenophon met zijn jeugdvriend en raadgever Araspas. Ook West ontleent in een schilderij uit 1773 voor George iii een scène aan Xenophon: Kyros toont vergevensgezindheid jegens een overwonnen koning van Armenië op verzoek van diens zoon Tigranes. Naar Herodotos of Xenophon zijn er afbeeldingen van de lotgevallen van de jonge Kyros: Ricci 1706-08 (Harpagos die Kyros aan Mithradates overhandigt); Victors midden 17e eeuw (Kyros voor de troon van Astyages) en Castiglione ca. 1655 (Kyros door een hond gezoogd). Pietro da Cortona schildert in het Palazzo Pitti te Florence 1641-42 de zelfbeheersing van Kyros jegens de schone Pantheia. In de literatuur blijft de Kyroupaideia tot in de barok bekendheid houden als ‘vorstenspiegel’. Het Pantheia-verhaal wordt naverteld in de 16e-eeuwse novellen van Bandello en Painter en in gedichten van Sachs. De jeugd van Kyros is in de 17e en 18e eeuw onderwerp van tragedies, bijvoorbeeld Mainfray 1628 en Danchet 1706. Mademoiselle de Scudéry spint in de jaren 1649-1658 rond Kyros een ruim 13.000 bladzijden tellende, destijds uitermate populaire roman, Artamène ou le Grand Cyrus. In dit verhaal is Kyros verliefd op een Medische koningsdochter, Mandane, maar hij krijgt haar pas nadat zij door de ene na de andere rivaal is ontvoerd. Wieland schetst in 1772 in Der goldene Spiegel, een geschrift dat hem een baan moet bezorgen aan het hof van Frederik de Grote, deze vorst als een nieuwe Kyros. Een Kyros-libretto van Metastasio werd op muziek gezet onder meer door Caldara 1736, Leo 1737, Hasse 1751 en Sarti 1756. Een Kyros-drama van Chénier 1804 is als lofprijzing van Napoleon bedoeld. Binder 1964; Breitenbach 1930; Deutsch 1986; Wilson/Lancaster Wilson 1984. |
|