Van Alexandros tot Zenobia. Thema's uit de klassieke geschiedenis in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater
(1998)–Eric M. Moormann, Wilfried Uitterhoeve– Auteursrechtelijk beschermdGaius Horatius Coclesspeelde een heldenrol in de verdediging van Rome tegen de Etrusken onder Porsenna in 506 v.C. De Romeinen hadden hun akkers rond Rome al in de steek gelaten en de Etrusken hadden de Ianiculus al veroverd. Toen zij de westelijke Tiber-oever bestormden, was Horatius geposteerd bij de Pons Sublicius, de Tiberbrug die naar het hart van Rome voerde. Hij zag hoe zijn kameraden de stad in vluchtten, en bezwoer hun de brug te vernietigen; hij zou intussen de vijand tegenhouden. De Etrusken stonden perplex van de moed van deze ene Romein die hen uitdaagde tot de strijd. Hun speren kon hij afweren, en toen ze tenslotte een massale stormloop inzetten, was de brug achter hem inmiddels vernietigd. Horatius bereikte zwemmend de andere oever. Hij werd beloond met een stuk land zo groot als hij in de loop van een dag met een ploeg kon afgrenzen. Bovendien kreeg hij een standbeeld op het Forum Romanum.
Livius zegt dat het verhaal ondanks zijn legendarisch karakter met recht in de geschiedschrijving is opgenomen. Dit specimen van patriottische dapperheid tot in de dood is ook te vinden bij Polybios, die overigens schrijft dat Horatius na zijn heldendaad verdronk in de Tiber, en bij Dionysios van Halikarnassos en Valerius Maximus. Op bronzen medaillons uit de tijd van keizer Antoninus Pius (138-161) komt het tafereel herhaaldelijk voor: het voorbeeld van opofferingsgezindheid voor het vaderland dient hier als aansporing voor de soldaten die zich te weer moeten stellen tegen de dreigende volkeren aan de oostgrenzen van het Romeinse rijk. Het motief is uitermate populair in de beeldende kunst van de renaissance. De heldendaad komt voor op Florentijnse cassoni uit de 15e eeuw (o.m. een exemplaar van omstreeks 1450 in het Rijksmuseum Amsterdam), soms in combinatie met de krijgshaftige daad van »Curtius of van »Scaevola. Deze drie helden zijn door Pinturicchio rond 1500 bijeengebracht in de Romeinse Palazzina Della Rovere-Colonna. Horatius Cocles wordt door Perugino in de Cambio te Perugia ca. 1500 in de groep van de Fortitudo geplaatst naast de Romein Lucius Siccius en de Spartaan »Leonidas. De groepering gaat onmiskenbaar terug op Valerius Maximus, die in zijn hoofdstuk over Fortitudo de rij van Romeinse voorbeelden opent met Horatius en afsluit met Lucius Siccius, een Romein die zich in twintig veldslagen heldhaftig had betoond. Onder de niet-Romeinse voor- | |
[pagina 131]
| |
beelden neemt hij Leonidas op. Luzio Romano plaatst Horatius in 1545 in de Sala della Biblioteca van de Engelenburcht te Rome in dezelfde positie als Scaevola en »Cloelia. Perino del Vaga beeldt hem af in een reeks Romeinse helden 1530 in het Palazzo Doria-Pamphilj te Genua (»Camillus), Laureti in een fresco in het Conservatorenpaleis te Rome 1587-94. De scène is ook veelvuldig afgebeeld in Livius-manuscripten en -uitgaven uit de 15e en 16e eeuw, illustraties die op hun beurt de grafische voorbeelden leveren voor decoraties. Zo liggen de illustraties van Stimmer in een uitgave uit Straatsburg 1575, die verscheidene drukken beleefde, ten grondslag aan een grote cyclus van onbekende hand, ca. 1600, met Romeinse heldendaden in de Römersaal van de Riegersburg in Stiermarken met onder meer Curtius, Scaevola en Romulus die Remus doodt (»Romulus & Remus). Juvenel schildert ca. 1622 in het raadhuis van Neurenberg Cocles' heldendaad evenals die van Curtius. Daarnaast schildert hij voor dezelfde zaal de executie van de zonen van »L.I. Brutus en de zelfbeheersing van »Scipio Maior. De scène is ook te vinden bij Giordano ca. 1689, Lairesse in een zaal aan het Binnenhof 1684 (»Scipio Maior) en Le Brun ca. 1643. In de Engelse literatuur is er de beroemde ‘Romeinse’ Horatius-ballade van Macaulay in diens Lays of Ancient Rome 1842. Lejsková-Matyásová 1970. |
|