Zomervlammen(1922)–Pol de Mont– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 156] [p. 156] Inval Aan een Schilder O! Brommer, grommer knorrepot, wat moppert ge tegen het werk van God? - Wat is 't, dat u naar de buiten trekt, wat, dat u tot werken en scheppen wekt? - Een egaal effekt?! Of volle zon of effen grijs, - uit andere effekten wordt gij niet wijs... Maar God, veel groter schilder dan gij, smijt al die eentonigheid plotsling bij zij, steekt zonnepenselen dwars door het grauw, bezemt bij plekken de hemel blauw, mengt purper en roos en grijs dooreen, tovert twintig, ja, honderd effekten voor één... En terwijl gij, ontmoedigd, daar neerzit en kijkt en u inbeeldt, dat het ‘op niets gelijkt’, ‘Op-heisa!’ roept het en schettert het dan... ‘zeg, neuswijze meester, maak dáár eens wat van!’ Vorige Volgende