Lentesotternijen(1881)–Pol de Mont– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 79] [p. 79] Scherzando. II. Langs beemden, akker en weiden, zweven frissche luchten. Het bosch schiet wakker vol duizend geruchten. De wind komt op... De kimmen laaien. Uit vollen krop de hanen kraaien, kraaien... En traag ontblaken de kimmen... Traag reuzlend ontwaken heester en haag. Duizenden peerlen zie ik op 't grasland blinken... Reeds orglen de meerlen, piepen de vinken. [pagina 80] [p. 80] En 't vleugelken reppend, gezwind daar rijzen, klappend en kleppend op d' uchtendwind lijsters en sijzen. Eerst laag, langs de branken - flus - hoog in het zwerk... Daar blijft het koor dan trillend hangen - een vloot - op zinderende vlerk... Doch heimlik, door de voren van 't rijpend graanland, snelt, schalks pinkend met zijn koddige ooren, Hans-Tripvoet, 't haaslijn, over het veld... Nauw raken de pootjes de kluiten eens dra - stofjes en strootjes stuiven Hans-Tripvoet-Haaslijn na... Die heeft, geen oog! geslapen, maar vast, den ganschen nacht, bij groensel, beeten, rapen gehouden trouwe wacht... Het maantje zag hem snoepen aan selder, prij en sla; maar de nachtuil heeft geroepen: ‘Hans-Rapendief... Werda!’ [pagina 81] [p. 81] Die keert nu, onder 't dagen, het buikje vol, terug naar 't nest... Mocht 't sappig groen al fijn behagen? Bij dage smaakt een slaapje best. Boven zijn hoofd, gansch lijze - lijze, wiegelt, waggelt het natte kruid, dat duizend diamantekens rijzen over Hans-Haaslijns roste huid... ‘Ver, in het bosch... waar Hansjes hol is,’ denkt hij... ‘wat een volle lust... Och! Waar het buikje proppend vol is, herteken, herteken... vraagt naar rust!...’ Dan, al spoedig ingeslapen, droomt hij, als een rechte haas, heel onze aerdbol is... één rape... en Hans-haaslijn is er baas! Vorige Volgende