Claribella(1893)–Pol de Mont– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 32] [p. 32] XII. 'k Zoek uur aan uur op de open wereldkaart de wondre kust, waar slechts de ziel kan minnen, waar 't zwakke vleesch geen nood noch paardrift baart, 't hart niet geprikkeld wordt door wulpsche zinnen. O wondre kust...! Bar, saploos is er de aard', geen vogel roert er wiek, geen vischje vinnen - daar spruit geen twijg, daar groenen wei noch gaard - met eigen hand wou 'k daar den grond ontginnen en 't nestje bouwen, waar Gij míjn zoudt zijn. Vrij ware 't schamel! Zoete zonneschijn zou, in dat hutje, uw leden wel verwarmen.... En zalig juublend: ‘Eeuwig zijt Gij mijn!’ droeg ik, mijn Lief, bevrijd van elke pijn U 't leven door, in slaap, op beî mijn armen. Vorige Volgende