Liederen voor het vaderland

[p. 140]

Bij het vestigen der Fransche constitutie.

Wijze: Schoone Beemden! zalig veld!

Eelhart, die om vrijheid zucht,

Doet de vaderlandsche lucht

Nu weêrgalmen door gezangen.
Frankrijk ziet zijn staatsbelangen

Door natuur en recht bewaakt.

Welk een glorie!

Daar de Godheid wellust smaakt,

Nu de mensch haar plan volmaakt.

[p. 141]

 

Eelhart! Vrijheid keert naar de aard,

 

Eenmaal vloodt zij hemelwaard,

 

Toen de Deugd voor heerschzucht beefde,

 

Toen de vleier banden weefde,

 

Die aan 't oog der dwinglandij

 

Wellust schonken,

 

En 't geluk der maatschappij

 

Smoorden in haar slavernij.

 

 

 

Eelhart! ja, mijn boezem juicht!

 

Ja, als Neêrland honig zuigt

 

Uit der Franschen lelikroonen,

 

God! dan klinken vrije toonen;

 

Daar de dwingland beeft en bloost.

 

Schoon vooruitzigt!

 

Eelhart! welk een bron van troost!

 

Vrijheid daagt voor Neêrlands kroost!

[p. 142]

 

Neêrland! voel uw' ouden moed.

 

Heerschzucht ziet het schuldloos bloed

 

Wreed geplengd bij vreemde vaanen,

 

't Bloed gemengd met heete traanen;

 

Heerschzucht beeft, daar wroeging knaagt,

 

Daar dat bloed nog,

 

Nu een straal der Vrijheid daagt,

 

Daar dat bloed nog rechten vraagt.

* _* *