Liederen voor het vaderland(1792)–Bernardus Bosch, Petronella Moens– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 118] [p. 118] De vrijheidsvriend. Wijze: ô Vuige Nijd! Mijn hart klopt vrij; Geen slavernij Heeft ooit dit hart vernederd. Nooit kwijnt mijn vreugd, Daar liefde en deugd Mijn grootsch gevoel vertederd. Aan 't Vaderland Is hart en hand Op 't plegtigst toegeheiligd; Nooit zwicht mijn moed, Schoon 't onrecht woedt, Eens ziet zich 't recht beveiligd. [pagina 119] [p. 119] Wordt ooit dees grond, Waar de ochtendstond Des levens mij belonkte; Wordt ooit dees grond, Waar eens 't verbond Van trouw en vrijheid pronkte; Wordt dit gewest, Door bloed gevest, Eens snood onteerd door slaaven; Dit vrij gewest, Door dwang verpest, Zal 't oud verbond zien staaven. Geen schuldloos kroost Zal ongetroost Om vaders noodlot schreien; Het recht ontwaakt, Onze ijver blaakt, Door 't lied van Neêrlands reien. [pagina 120] [p. 120] Houdt moed! - ons lot. Bewaakt door God, Ons lot zal roemrijk daagen; De deugd houdt stand. Mijn Vaderland Kan nimmer ketens dragen. * * * Vorige Volgende