De familietafel.
Sprakeloos en toch als met duidelijke woorden verhaalt ons de familietafel de geschiedenis des huizes.
Eerst is 't slechts een tafeltje vóór de canapé. Tegenover elkander zitten de jeugdige echtelingen daaraan, in 't stille, zalige, ongestoorde genot van een eigen, dierbaar tehuis; en welk gehuwd paar zou ooit den eersten maaltijd in de eigene huishouding kunnen vergeten? Het duurt echter niet lang, of een derde, kleine, gast komt er bij; komt de vierde dan is het canapé-tafeltje reeds niet groot genoeg meer; voortaan wordt aan de groote ronde tafel gegeten, die midden in de kamer staat.
Eenige jaren later is ook die niet meer voldoende; de tafel wordt uitgehaald, en 't éene blad na het andere er in geschoven. De opgroeiende kinderen moeten een huisonderwijzer of eene gouvernante hebben; de zonen, die reeds op kostscholen zijn, brengen in de vacanties vroolijke kameraden mede naar huis, en - - - uit liefde tot de haast volwassene, liefelijk ontluikende dochters, laat deze en gene gast zich steeds meer en meer zien. Eindelijk wordt ook nog het laatste blad ingeschoven, en toch moet daarnaast nog een klein tafeltje voor de jongste kinderen gedekt worden, wanneer in den prettigen vacantietijd de familie eens geheel voltallig is.
O! gij rijkgezegende moeder, die dan zulk eene groote tafel langs ziet, en bij elk lief gelaat, dat uwen blik treft, uw hart hooger voelt kloppen met innigen, Godgewijden dank