De Vlaamsche vertelselschat. Deel 4
(1933)–Victor de Meyere– Auteursrecht onbekend
[pagina 65]
| |
CCCLI. Waarom de koekoek zijn eiers in een anders nest legt en ook waarom hij zoo traag vliegtaant.In de eerste tijden dat de wereld bestond maakte de koekoek, gelijk alle andere vogels, een eigen nest en broedde er zijn eiers uit. Eens, gelijk hij in de wei langs den weg op zijn nest te broeden zat, kwam daar een hooiwagen aangereden en kantelde om, juist op zijn nest, dat heel en al verdestruweerd werd. Hij zelf kon ternauwernood ontkomen met een gebroken vleugel. Van dien tijd af durft de koekoek zich niet meer aan 't broeden wagen en legt hij zijn eiers in een anders nest. Om die reden ook vliegt de koekoek nu met een lammen, tragen vleugelslag. |
|