Sluiproutes en dwaalwegen
(1991)–Anthony Mertens– Auteursrechtelijk beschermdAspecten van een liminale poëtica toegelicht aan de hand van het werk van Jacq Firmin Vogelaar
5. De Handleiding voor een romanIn dit boek zou het uitgangspunt een kopie kunnen zijn van een tekst waarvan de herkomst niet onmiddellijk duidelijk is: de Handleiding. (zie Bijlage III) Het is een drempeltekst aan het begin van het boek. Raadsels van het rund ‘begint’ als Ekke, elfhonderd kilometer van zijn tekentafel vandaan, besluit om uitgaande van deze Handleiding een machine te bou- | |
[pagina 122]
| |
wen. Maar het is een cryptische tekst bestaande uit abstracte formuleringen. Om te begrijpen wat in die abstracte formuleringen wordt gezegd, volgt hij verschillende methoden. Een ervan is zich bij elk abstract woord een concrete voorstelling te maken, zoals de mnemotechnicus op zijn plattegrond concrete beelden heeft geplaatst. In het eerste hoofdstuk gaat hij het veld in om voorwerpen te zoeken die bij de abstracte woorden passen. Maar in het voorafgaande Notenschrift wordt al aangekondigd dat de methode niet succesvol zal zijn: ‘Aanwijzingen opvolgen, zo blijkt, garandeert nog niet dat gevonden voorwerpen bij de korresponderende woorden passen’. Wanneer men de historische signatuur van de Handleiding in ogenschouw neemt, ziet men hoe ver het encyclopedisch parcours van de zelfportretteur in dit boek zich uitstrekt. De Handleiding is namelijk een document dat onderdeel zou kunnen uitmaken van de geprojecteerde historische roman. | |
5.1. Een tekst uit de zestiende eeuwDe Handleiding die Ekke krijgt toegeschoven met de opdracht met behulp daarvan een mechaniek te bouwen, blijkt een tekst te zijn uit de aantekeningenboeken, de notenschriften van Leonardo da Vinci. Dijksterhuis citeert in zijn indrukwekkende studie over het gemechaniseerde wereldbeeldGa naar voetnoot[20] dezelfde tekst als een historisch belangrijke beschouwing die ons inzicht zou verschaffen in de moeilijkheden waarmee de leer van de mechanica in de loop van zijn ontwikkeling te kampen heeft gehad [1985: 282/283]. De beschouwing die Dijksterhuis wijdt aan de raadselachtige passage uit de notitieboeken van Leonardo, kan een licht werpen op de status van de Handleiding in Raadsels van het rund.
Hoe uitgebreid de definitie van de term forza ook mag zijn enige helderheid wordt niet verschaft. De tekst lijkt eerder een raadsel ter oplossing aan te bieden; zij draagt een uitgesproken hybridisch karakter. Enerzijds lijkt ze het resultaat van een poging om de vage voorstelling die het woord in de omgangstaal oproept in een exacte omschrijving om te buigen, anderzijds gebeurt dit in bewoordingen die zo'n mystiek en hymnisch karakter dragen (in de woorden van Dijksterhuis) dat de veelzinnigheid van de term er slechts door wordt vermenigvuldigd. In de loop van de eeuwen na de publicatie van de tekst zullen dan ook tientallen exegeses op deze enigmatische beschouwing worden uitgevoerd zonder dat men ook maar enigszins tot overeenstemming komt over de feitelijke betekenis ervan. Historisch blijkt het om een passage te gaan die de grens tussen de middeleeuwse en klassieke natuurwetenschap markeert. De tekst is ofwel een voorbode van de (natuur)wetenschap die zich steeds verder ver- | |
[pagina 123]
| |
wijdert van de omgangstaal en die een steeds verfijnder netwerk van definities ontwikkelt, of een document waarin de literaire vormgeving een natuurwetenschappelijke exactheid verhindert. Leonardo is in de woorden van Dijksterhuis één van de sleutelfiguren uit de overgangstijd van de vijftiende en zestiende eeuw, waarin de eerste signalen van de klassieke fysica en mathematische mechanica hoorbaar worden, die pas in de loop van de zeventiende eeuw versterkt doorkomen: wetenschappelijke begripsvorming en theoretische beheersing van de disciplines komt dan pas op gang. Leonardo da Vinci behoorde tot die klasse van practici uit die tijd, bij wie artistieke en technische kennis nog onlosmakelijk met elkaar waren verbonden. Hij behoorde tot die groep van artiesten-ingenieurs, die zich behalve als schilder, beeldhouwer en architect ook toelegde op het aanleggen van kanalen, het bouwen van sluizen, het ontwerpen van vestingwerken en het uitvinden van nieuwe werktuigen. Leonardo, Brunelleschi en Cellini stonden aan de vooravond van de opkomst van de klassieke natuurwetenschappen die hun weerslag zouden hebben op het beeld dat de mensen zich van de wereld, van de natuur en de geschiedenis zouden gaan vormen, maar die tegelijkertijd een steeds verdergaande specialisering van kennis met zich mee zou gaan brengen. Leonardo's tekst heeft betrekking op die tak van de natuurwetenschap waar de vernieuwing zich het eerst zou voltrekken: de mechanica, in die tijd nog opgevat als werktuigkunde. Niet verwonderlijk wanneer men bedenkt dat de kennis op dit gebied werd verworven in de uitoefening van technische beroepen en daardoor strikt empirisch van aard was. Bij Leonardo zou een eerste stap worden gezet in de richting van een meer theoretische bezinning op de praktische kennis, maar de resultaten bleven, zoals gezegd, in deze periode nog een tweeslachtig karakter dragen.
Dat deze hybridische en raadselachtige tekst het uitgangspunt van Raadsels van het rund vormt, heeft ongetwijfeld met deze historische signatuur te maken: het betreft een document dat tot de ontstaansgeschiedenis van het rationeel bepaalde wereldbeeld behoort. Niet alleen de tekst maar ook de figuur van Leonardo spreekt in deze context tot de verbeelding. In zijn persoon vallen praktische en theoretische belangstelling samen en zijn streven is een exactheid te bedrijven in aangelegenheden die zich aan de controle van de rede lijken te onttrekken. De appendix van Raadsels van het rund bevat een profiel van deze historische persoonlijkheid, of beter gezegd een portret van zijn intellectuele methode. In het essay wordt juist gepolemiseerd met al die biografische en psychologische studies die het geniale van de persoonlijkheid trachtten te ontleden.
Ook daar ligt het accent op de ambivalentie die in zijn methode en in zijn belangstelling aan de dag zou treden. Leonardo wordt daar als een dubbelzinnige figuur geportretteerd: een Januskop die enerzijds in zijn zoektocht naar ordening in de complexe, ondoorzichtige wereld deze in complexiteit overdoet en anderzijds de fundamenten legt van een gesloten wereldbeeld. | |
[pagina 124]
| |
De tekst van Leonardo zal ook zijn gekozen vanwege de draagwijdte van de term forza, die verwijst naar een grondprincipe voor het gehele universum. De term herinnert aan een demiurgische onderneming: wie is ingewijd in het geheim van de forza heeft inzicht in de verborgen orde van de wereld. Wanneer Ekke in Raadsels van het rund acht pogingen onderneemt om uit de tekst van de Handleiding een machine te construeren, is hij met andere woorden bezig de sleutel voor het Universum te vinden, zich de toegang te verschaffen tot een harmonisch wereldbeeld. Hij doet dat door de term forza telkens in verschillende context te vertalen. In het fragment uit Raadsels van het rund, dat we zo dadelijk nader zullen bekijken, wordt de forza met eros geïdentificeerd: een demiurgische onderneming. Tegelijkertijd vormt het zoeken naar de allesverhelderende definitie van de forza ook de queeste naar het eenheidsprincipe van het Boek, maar dan wel in tragikomische vorm, want geen moment wordt geloochend dat het daarbij om een onmogelijke expeditie gaat. Het profiel van Leonardo levert de insignia, waarmee Ekke het toneel wordt opgestuurd om zijn rol van demiurg te spelen: architect, bouwmeester, constructeur van machines, rusteloos zoeker die meer in het zoeken dan in de resultaten is geïnteresseerd. Leonardo legde de fundamenten voor een mechanistisch wereldbeeld: De hele wereld, ook de levende, valt onder de wet van de mechanika, de aarde is de masjiene, en de mens is het ook [520]. Een dergelijk mechanistisch wereldbeeld strekt zich vanzelfsprekend ook uit tot die van het Boek. De queeste naar de forza wordt hier in Raadsels van het rund tot een onderzoek naar de bewegingswetten van de historische roman, opgevat als een machine die historische stof en historisch materiaal verwerkt om een synthetisch product tot stand te brengen. De Notenschrijften bij het project herinneren aan Leonardo's aantekeningenboeken. De machines die hij construeerde, worden nu door Ekke in een groteske vorm gebouwd. |
|