segt, een Boer suypt wel een Emmer vol, en spouwt een Tobbe vol, en heeft hem in de slaap dapper bespogen, raakte onderwijlen in een droom, en droomde dat hy geschoren worde, het welk ook eensdeels waar was, want daar quam een Verken, en likten hem de kruymen van de bek af, hy ondertusschen in de soese wat gewaar wordende, riep, Meester Ian scheer sacht, het Verken voer voort tot dat hy weer aan riep, Meester Ian scheer sacht dat u de duyvel haal scheer sacht; Eyndelijk uyt sijnen droom ontwakende, stond op, siende doe wat voor een Meester hem geschoren hadde.