Bescheten Glase-maaker.
EEn Iongen werkende tot een glasemaaker, droomde op een nacht dat hy onder de brug sat, en alsoo hy roerlijvig was, scheet een dunne rommel soo in 't bed; den Baas des morgens t' huys komende, had die nacht opgetrokken, was heel beschonken, gaat in de Iongens bed leggen, alsoo hem dat gereetst was, begon wat te woelen, kruypt rondom, valt of wentelt sich selven met