Verzamelde gedichten(1941)–H. Marsman– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende XXXVII ‘Wat deedt gij binnen den muur van het kathedrale gewelf? gij die ook in het Vuur geen afstand zoudt doen van uzelf! wat rest er nu nog van den smaad dat de Droom van de Hoofdschedelplaats alleen in het bevende hart van het deemoedsgedierte bestaat?’ Vorige Volgende