Verzamelde gedichten(1941)–H. Marsman– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 101] [p. 101] Vrees Ik vraag mij af hoe lang het nog duren zal dat ik als een bal heen en weer word geslingerd en van vreezen verval tot steeds dieper vreesachtigheid. en hoe kort is de tijd, hoe kort is de tijd dat ik als een bevende voorjaarswingerd tegen den machtigen muur van het leven hang! waarvoor ben ik bang? ik ben bang voor het uur dat de dood mijn lichaam ontbinden zal en mijn ziel wordt gezet in het vuur. ik ben bang dat ik staan zal tegen den muur en dat de kogel niet missen zal. ik ben bang, dat ik noch in den duur noch daarna in de schaduwen van het Dal den weg naar het hart des levens meer vinden zal - ach, de vreezen zijn zonder tal Vorige Volgende